View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        De ontwikkeling van executieve functies bij 5, 6 en 7 jarigen

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Meier, JM-3330540 en Tack, AC-3325865.pdf (113.0Kb)
        Publication date
        2010
        Author
        Meier, J.M.
        Tack, A.C.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Doel: Het doel van dit onderzoek is meer zicht krijgen in de ontwikkeling van het executief functioneren. De nadruk ligt op de onderlinge relatie tussen werkgeheugen en inhibitie. Nagegaan wordt of de leeftijd van de kinderen hierop van invloed is en in hoeverre problemen in de aandacht samenhangen met problemen in het executief functioneren. Methode: Bij 101 kinderen zijn vier computertaken afgenomen, die de twee executieve functies (inhibitie en werkgeheugen) representeren. De gebruikte taken zijn: Heartsflowers, Flankerfish, Odd One Out en Keep Track. Met de TRF zijn gegevens verzameld over de mate waarin de kinderen aandachtproblemen laten zien. Resultaten: Tussen de twee executieve functies werkgeheugen en inhibitie is een zwakke samenhang gevonden. De prestaties van de vijfjarigen op zowel de inhibitietaak Flankerfish als de werkgeheugentaak Keep Track verschillen significant van de zesjarigen. Op de inhibitietaak Heartsflowers en de werkgeheugentaak Odd One Out is leeftijd niet van invloed gebleken. Kinderen met aandachtproblemen scoren niet opvallend minder goed op de computertaken. Conclusie: De inhibitietaken en werkgeheugentaken vertonen slechts weinig overlap en meten dus verschillende cognitieve functies. Er is geen eenduidig antwoord mogelijk op het verloop van de ontwikkeling van het werkgeheugen en het vermogen tot inhiberen, dit blijkt afhankelijk van de taak. Kinderen met aandachtproblemen beschikken niet over een minder goed ontwikkeld werkgeheugen en niveau van inhibitie, dan kinderen zonder aandachtproblemen. Meer onderzoek is gewenst aangezien in dit onderzoek geen eenduidige resultaten gevonden worden.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/5500
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo