Executieve functies bij kinderen met en zonder autisme spectrum stoornis in het speciaal onderwijs
Summary
Doel. Voorgaand onderzoek laat zien dat kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS)
problemen hebben met executieve functies (EF). EF verwijzen naar hogere controlefuncties
en kunnen onderverdeeld worden in werkgeheugen, cognitieve flexibiliteit, inhibitie en
aandacht. Voorgaand onderzoek heeft EF onderzocht bij kinderen in het regulier onderwijs,
maar slechts een beperkt aantal onderzoeken heeft EF onderzocht bij kinderen in het speciaal
onderwijs (SO). Echter, het aantal kinderen in het SO is gestegen, waaronder kinderen met
ASS. Het doel van dit onderzoek was om prestaties op EF-taken te vergelijken tussen
kinderen met en zonder ASS van 6 tot 12 jaar in het SO. Methode. Het huidige onderzoek
heeft prestaties vergeleken tussen 7 kinderen met ASS en 31 kinderen zonder ASS op taken
die werkgeheugen, cognitieve flexibiliteit, inhibitie en aandacht meten. Daarnaast is
samenhang tussen EF en leeftijd onderzocht. Resultaten. De resultaten tonen geen
significante verschillen in prestaties op EF-taken tussen kinderen met en zonder ASS. De prestaties op de EF-taken waren niet gerelateerd aan leeftijd. Discussie. De resultaten roepen
de vraag op of kinderen met ASS daadwerkelijk niet slechter presteren op EF-taken.
Limitaties van het huidige onderzoek waren een te kleine steekproef en een gebrek aan
achtergrondinformatie. Door de groei van de SO scholen en de groei van kinderen met ASS
in het SO is vervolgonderzoek nodig naar EF bij kinderen met en zonder ASS in het SO.