De Invloed van de Adviezen van Ouders, Vrienden, School en Stage- of Werkplek op de Keuzezekerheid van Mbo-studen
Summary
Abstract
Background: after finishing their study, students of a mbo-school have to make the choice between entering the workforce or staying in school to pursue a higher education or a different degree. Aim: research investigated how adolescents make a choice between working and staying in school after they finished their study. This research focusses specifically on how the relational sources of school, traineeship, parents and friends influence the students’ commitment to a choice. Also has been researched whether the manner of advice was fitting to the individual students. Method: This research used 107 responses of Dutch mbo-students from the school of Economics and the school of Health who were asked about their choice commitment in the course of the transition from school to work or higher education. A quantitative analysis was performed that addressed questions about the ways in which school, traineeship, parents and friends are involved in individual decision-making. Results: The analysis showed the ways in which others were involved. More advice from school is related to a higher commitment to the choice. Also talking to parents, friends or traineeship- or work supervisors is positively related to the commitment of the choice. Only parental and friends’ advice was fitting to the personality of the student. On basis of our data we found that parental talks have an additional significant explained variance on the commitment of the students. Conclusion: We conclude that students are most likely to use parental advice when making a decision between working and staying in school. The parental advice is fitting to the personality of students and significant enlarges the commitment to the choice of students.
Samenvatting
Achtergrond: jaarlijks verlaten ongeveer 25.000 studenten zonder startkwalificatie het middelbaar beroepsonderwijs. Ter voorkoming van voortijdig schooluitval is het volgens de Rijksoverheid (2016) van belang dat jongeren goede begeleiding krijgen in hun studie- en loopbaankeuze. Doel: in dit onderzoek wordt gekeken in hoeverre de ouders, school, vrienden en stage- of werkplek invloed hebben op de keuzezekerheid van jongeren bij het maken van de keuze tussen doorstuderen en werken. Daarnaast is gekeken in hoeverre de adviezen door de studenten als passend werden ervaren. Methode: er is een digitale enquête afgenomen bij 107 studenten van de sectoren Welzijn en Economie en Ondernemen van een mbo-onderwijsinstelling. Er werd een kwantitatieve analyse uitgevoerd op de vragen naar keuzezekerheid en de verschillende adviezen van school, ouders, vrienden en de stage- of werkplek. Daarnaast werd gekeken in hoeverre de student passende adviezen van zijn omgeving ervaarde. Resultaten: de analyses lieten zien dat de mate van adviezen van school is gerelateerd aan meer keuzekerheid. Ook gesprekken met ouders, vrienden en de stage- of werkplek hingen positief samen met keuzezekerheid. Alleen het advies van ouders en vrienden werd als passend ervaren. Op basis van de resultaten werd gevonden dat gesprekken met ouders een significant verschil verklaarde in de variantie van keuzezekerheid. De gesprekken met school, vrienden en de stage- of werkplek lieten geen significant verschil zien in de keuzezekerheid. Conclusie: Op basis van de resultaten kan geconcludeerd worden dat het gesprek tussen ouders en studenten meer invloed heeft op keuzezekerheid, dan het gesprek tussen studenten en vrienden, stage- of werkplek en school. Mogelijk speelt de mate waarin advies passend is bij de persoonlijkheid van studenten een rol in het advies van ouders. Beleid gericht op de bevordering van een goede doorstroom naar de arbeidsmarkt of een vervolgstudie zou dit moeten uitdragen naar scholen.