Sympathieverdeling in Captain America: Civil War
Summary
In dit onderzoek is geanalyseerd hoe in de Marvel Studios film Captain America: Civil War sympathie gecreëerd werd voor de personages Steve Rogers en Tony Stark. Hierbij is ook onderzocht of één van de twee personages een bevoorrechte positie heeft gekregen. Dit onderzoek werd uitgevoerd met behulp van het analysemodel the structure of sympathy van Murray Smith, en de drie kernconcepten van deze methode: recognition, allignment, en allegiance. Ik heb hiermee de constructie van de personages besproken (recogniton), de verhouding tussen de toeschouwer en de personages (alignment), en de morele en ideologische evaluatie van een personage door de toeschouwer (allegiance). Steve Rogers heeft op het niveau van recognition een voordeel, wegens zijn traditie van het maken van moreel juiste keuzes. Alignment was verdeeld, want er was meer subjective access voor Tony Stark, maar meer spatio-temporal attachment voor Steve Rogers. Allegiance is iets complexer. Beide personages presenteren duidelijk een verschillende kant binnen het conflict, waardoor er aanvankelijk een heldere moral resolution is. Tegen het einde van de film wordt dit onduidelijker, wanneer Tony tegen zijn eigen standpunten in gaat. Tevens zwakt hij dan de moral centre af, door te besluiten wraak te nemen op Bucky wegens de moord op zijn ouders. Steve heeft dan een voordeel doordat hij gerechtigheid zoekt, en de schuld voor de moord bij opdrachtgever HYDRA zoekt. Uiteindelijk wint Steve het conflict over de akkoorden en de vrijheid van Bucky, maar het superheldenteam valt alsnog uit elkaar. Hierdoor is de slechterik Zemo de echte winnaar in de film, omdat hij slaagt in het opbreken van de Avengers.