#BOOS POLERTIEK: Het Gedoogde Kijkcijferkanon
Summary
Het medialandschap verandert: het traditioneel televisiekijken neemt af en verliest terrein aan het zogeheten ‘non-lineair televisiekijken’, dat plaatsvindt via on-demand-platformen zoals YouTube. Vastgelopen in deze on-demand-cultuur besloot de Nederlandse overheid in 2016 dat de Nederlandse Publieke Omroep (NPO), om de legitimiteit van zijn positie te behouden, zich beoogt te ontwikkelen tot een ‘publieke mediadienst’ bestaande uit on- en offlinekanalen – de schuring tussen de inherent commerciële status van online sociale media en de waarden en taken van publieke omroepen in acht genomen. In deze masterscriptie is aan de hand van een thematische analyse onderzocht op welke manier BNNVARA door middel van #BOOS POLERTIEK, een satirische outrage-mediaproductie exclusief verspreid via het commerciële sociale medium YouTube, zijn herpositionering als publieke mediadienst kan legitimeren conform de normen die de overheid stelt aan publieke content (‘informatie’, ‘educatie’ en ‘cultuur’). Daarmee vormt dit scriptieonderzoek een kritische beschouwing van het inzetten van een negatieve outrage-retoriek – gekenmerkt door een grove emotionele taal, beledigingen van publieke figuren en wantrouwen jegens de overheid – door een publieke omroep voor positieve doeleinden die aansluiten bij wat de overheid verstaat onder ‘publieke meerwaarde’. Uit de analyse blijkt dat #BOOS POLERTIEK kan worden gepositioneerd als zowel een positieve, als een negatieve tekstvorm. Als positieve tekstvorm kan BNNVARA #BOOS POLERTIEK inzetten als legitimatiestrategie om mee te gaan in de Europese herpositioneringstrend van publieke omroepen. In dit onderzoek is namelijk geïnterpreteerd dat het programma het liberale gedachtengoed ‘vrijheid van meningsuiting’ centraal stelt, deliberatie van de kijker nastreeft en een innovatief format hanteert waarmee wordt ingespeeld op de huidige on demand-cultuur. Als negatieve tekstvorm kan #BOOS POLERTIEK niet worden gepositioneerd als legitimatiestrategie van BNNVARA, omdat het programma blijkens de analyse niet altijd rekening houdt met de ethische waarden en plichten die zijn verbonden aan een journalistieke benadering en ‘incorrecte’ informatie verspreidt.