View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Maatschappelijke participatie en de arbeidsmarktpositie van Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond

        Thumbnail
        View/Open
        Weustink, Jorik - Thesis.pdf (625.3Kb)
        Publication date
        2018
        Author
        Weustink, J.T.M.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Statistieken omtrent de arbeidsmarktpositie van Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond scheppen een zorgwekkend beeld. Deze groep is vaker werkloos, vaker uitkeringsafhankelijk, hebben een lagere participatiegraad en werken onder slechtere arbeidsomstandigheden dan autochtone Nederlanders (SEO, 2018). Om deze redenen worden Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond gekenmerkt als een groep met een afstand tot de arbeidsmarkt. Verschillende factoren kunnen deze positie verklaren. Deze achterstand begint reeds in het onderwijs (Gemeente Amsterdam, 2007; KIS, 2016; ROA, 2017) en wordt vervolgens voortgezet door minder efficiënt zoekgedrag naar vacatures (SCP, 2016) en arbeidsmarktdiscriminatie (Baert & De Pauw, 2014; SCP, 2010; SCP, 2015; SCP, 2016). Dit onderzoek focust zich op een andere factor: het minder effectieve netwerk van Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond (SCP, 2016). Sociaalwetenschappelijk onderzoek stelt dat het sociale netwerk van mensen van groot belang is bij het verkrijgen van een (betere) baan (Granovetter, 1974; 1977; 1983; 1995; 2003; Lin, 1986; 1990 & 1999). De sociaal kapitaal theorie stelt dat uit het sociale netwerk hulpbronnen worden verkregen die van toepassing kunnen zijn bij het verbeteren van de arbeidsmarktpositie (Lin, 2000). Volgens de sociale hulpbron hypothese is het hierbij vooral belangrijk zwakke verbanden te hebben met mensen met een hoge beroepsstatus (Lin, 1986; 1990 & 1999). Daarnaast is het voor mensen met een niet-westerse migratieachtergrond vooral van belang contact te hebben met de autochtone inwoners van een land (Lancee, 2010; 2012). Putnam (2000) stelt dat sociaal kapitaal het gevolg is van maatschappelijke participatie: het lid zijn van en actief zijn in verenigingen. Wilson en Musick (1997) stellen daarnaast dat vrijwilligers een betere arbeidsmarktpositie hebben dan mensen die slechts lid zijn, doordat zij over meer sociaal kapitaal beschikken. Op basis van het theoretisch kader wordt verwacht dat maatschappelijke participatie leidt tot een betere arbeidsmarktpositie en dat deze relatie verklaard kan worden door het sociaal kapitaal van leden. Daarnaast wordt verwacht dat er een verschil bestaat tussen typen verenigingen waar mensen lid van zijn en dat het uitvoeren van vrijwilligerswerk een versterkend effect heeft op de arbeidsmarktpositie van leden. Data uit het NELLS-panel (N=494) wordt geanalyseerd door middel van een multipele regressieanalyse om de samenhang tussen maatschappelijke participatie, sociaal kapitaal en de arbeidsmarktpositie van Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond te testen. Geconcludeerd kan worden dat maatschappelijke participatie leidt tot een beter arbeidsmarktpositie, en dat dit deels verklaard kan worden door sociaal kapitaal. Daarnaast blijkt dat leden van gemiddelde statusverenigingen, hoge statusverenigingen en leden van verenigingen met veel Nederlanders vooral 6 voordelen halen uit hun lidmaatschap. Vrijwilligerswerk blijkt geen versterkend effect te hebben op de arbeidsmarktpositie van mensen die lid zijn van een vereniging. De bevindingen hebben geleid tot een aantal beleidsaanbevelingen om de arbeidsmarktpositie van mensen met een niet-westerse migratieachtergrond te verbeteren. De focus ligt op het creëren van een inclusieve sfeer in verenigingen, om op deze manier zowel autochtone Nederlanders als mensen met een niet-westerse migratieachtergrond aan te trekken. Daarnaast zouden werkgevers aangespoord moeten worden om hun werving- en selectiebeleid aan te passen, om zo kandidaten met een minder effectief sociaal netwerk te bereiken en om afkomst een minder grote rol te laten spelen bij het aannemen van nieuw personeel.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/30758
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo