View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Ontwikkeling van de competentie, die hbo-verpleegkundigen gebruiken in georganiseerd ethsich overleg. Over (oud)-studenten die zeer gemotiveerd zijn voor georganiseerd ethisch overleg maar zich beperkt voelen in hun hbo rol.

        View/Open
        versiedefinitief10juli2009.pdf (817.7Kb)
        Publication date
        2009
        Author
        Westerlaken, J.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Samenvatting AANLEIDING: Hbo- verpleegkundigen worden geacht competent te zijn in georganiseerd ethisch overleg. Onduidelijk is hoe de competentie zich ontwikkelde en welke factoren van invloed zijn. VRAGEN Welke ontwikkeling van de competentie voor deelname aan georganiseerd ethisch overleg kan worden aangetoond vanaf het begin van de hbo-v tot zes jaar na de diplomering? Beïnvloeden factoren als ervaring, onderwijs en organisatie deze ontwikkeling? DOEL Inzicht verkrijgen in de ontwikkeling van de competentie voor deelname aan georganiseerd ethisch overleg bij drie cohorten (oud)-studenten aan de hbo-v. METHODE Tijdens een beschrijvend cross-sectioneel onderzoek hebben (oud)-studenten (N=179) van een hbo-v, maar komend uit verschillende regio’s, een door de onderzoeker ontwikkelde en gevalideerde vragenlijst ingevuld. Gevraagd werd naar kennis, houding en vaardigheden, te gebruiken als persoon, in het methodisch handelen en voor organisatorische inbedding van ethisch overleg en naar factoren die bijdragen aan de ontwikkeling van de competentie. Absolute en relatieve frequenties werden bepaald, gemiddeldes zijn beschreven en getoetst met een enkelvoudige Anova. Beïnvloedende factoren werden beschreven en als toelichting bij de resultaten gebruikt. RESULTATEN Uitgesplitst naar drie groepen leidden de resultaten tot specifieke informatie over ontwikkeling van de competentie voordat studenten ervaring opdeden met georganiseerd ethisch overleg en daarna. Kennis en vaardigheden ontwikkelden significant tijdens de hbo-v als het ging om de directe patiëntenzorg. Ná de opleiding ontwikkelde houding ten opzichte van ethisch overleg, maar ontbreekt het oud-studenten aan vaardigheden en zelfvertrouwen. CONCLUSIES Tijdens en na de hbo-v is de ontwikkeling van de competentie voor georganiseerd ethisch niet geheel positief. Ervaring, onderwijs en organisatie lijken hierop van invloed. AANBEVELINGEN: Hoger beroepsonderwijs voor verpleegkundigen dient zich vanaf het begin te richten op het onderhouden van de aanwezige motivatie voor ethisch overleg. Vervolgonderzoek kan beschreven belemmeringen van het zich niet competent voelen verder uitdiepen en de daadwerkelijke bijdrage van (oud)-studenten aan ethisch overleg onderzoeken.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/2992
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo