Argumentatiecomplexiteit zichtbaar maken: een corpusonderzoek naar de verschillen in argumentatiecomplexiteit tussen havo- en vwo-examenteksten Nederlands
Summary
In dit onderzoeksverslag staat de vraag hoe argumentatiecomplexiteit bijdraagt aan de differentiatie tussen havo- en vwo-examenteksten Nederlands centraal. Om die vraag te beantwoorden worden een zestal operationalisaties van de notie argumentatiecomplexiteit besproken. Uit kwalitatieve argumentatieanalyses op basis van het model van Toulmin (1958) is gebleken dat drie van de operationalisaties inzicht geven in de verschillen in argumentatiecomplexiteit tussen havo- en vwo-examenteksten. Het gaat dan om de vindplaats van de centrale stelling, de volgorde van gegeven en ondersteuningen in redeneringen en de aanwezigheid van bepaalde onderdelen uit het Toulmin-model. De overige drie operationalisaties (ketenargumentaties, de spreiding van onderdelen uit het Toulmin-model en de expliciete markering van onderdelen) brachten geen duidelijke verschillen in argumentatiecomplexiteit tussen havo- en vwo-teksten aan het licht.