Een historisch onderzoek naar het gebruik van de verkleinsuffixen –je en –ie: in hoeverre werd dit gebruik beïnvloed door klasse, geslacht en regio?
Summary
De verkleinsuffixen hebben in de loop der tijd een grote ontwikkeling doorgemaakt. Waar men in het Middelnederlands veelal de vorm –kijn gebruikte, gebruikt men tegenwoordig de vorm –tje en diens varianten wanneer een woord wordt verkleind. Deze verandering heeft zeer geleidelijk aan plaatsgevonden, waardoor er periodes zijn dat men meerdere varianten naast elkaar gebruikte. In dit onderzoek is er gekeken naar twee periodes, respectievelijk de zeventiende en de achttiende eeuw, om een beeld te kunnen schetsen van de verkleinsuffixen. Dit is gedaan met behulp van de onderzoeksvraag; In hoeverre was er aan het eind van de zeventiende en aan het eind van de achttiende eeuw sprake van taalverandering en taalvariatie in het gebruik van de verkleinsuffixen -ie en -je? Er is gekeken naar een verschil in gebruik tussen de zeventiende en de achttiende eeuw op zowel het niveau van de verschillende klassen als tussen mannen en vrouwen en verschillende regio’s. De hypotheses van dit onderzoek waren 1) dat de voorkeur in de achttiende eeuw van het suffix –ie verschoven zou zijn naar –je, maar dat 2) de vrouwen in de achttiende eeuw nog wel een voorkeur zouden hebben voor het verkleinsuffix –ie. Daarnaast werd verwacht dat 3) in beide periodes, op de regio Amsterdam na, er in de lage klasse een voorkeur zou zijn voor –ie en in de hoge klasse voor –je en 4) dat er in de zeventiende eeuw, op de regio Amsterdam en Noord-Holland (excl. Amsterdam) na, nog gebruik gemaakt zou worden van overige suffixen, maar dat deze in de achttiende eeuw verdrongen zouden zijn door de suffixen –ie en –je. Om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden is er gebruik gemaakt van het corpus Brieven als Buit. Door gebruik te maken van verscheidene zoekfuncties is er een lijst opgesteld met alle mogelijk verkleinwoorden en bijbehorende informatie uit de twee te onderzoeken periodes. Door gebruik te maken van de filterfunctie in Excel zijn er meerdere tabellen en grafieken opgesteld, waaruit opgemaakt kon worden hoe de verkleinsuffixen –je en –ie door de mannen en de vrouwen uit verschillende klassen en regio’s werd gebruikt. De resultaten toonden aan dat de eerste hypothese aangenomen kan worden, de tweede aangenomen kan worden als –ije als een variant van –ie wordt gezien, dat de derde verworpen dient te worden en dat de vierde hypothese ook aangenomen kan worden. Concluderend kan er dus gesteld worden dat er zowel variatie tussen mannen en vrouwen als variatie tussen verschillende regio’s is en dat er sprake is van taalverandering tussen de zeventiende en de achttiende eeuw.