View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        De Samenhang tussen (de Mate van) het Reflectief Functioneren van Ouders, in het Bijzonder Vaders, en de Hechting van Zeven- tot Twaalfjarige Kinderen

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Vogelaar, LGE-3847926.pdf (625.7Kb)
        Publication date
        2016
        Author
        Vogelaar, L.G.E.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Doel In dit onderzoek wordt de samenhang tussen (de mate van) ouderlijk reflectief functioneren (RF), in het bijzonder van vaders, en de hechtingsstijl van zeven tot twaalf jaar oude kinderen nagegaan. Verder wordt gekeken naar de samenhang tussen het RF van zowel vaders als moeders, en internaliserend en externaliserend probleemgedrag bij het kind. Tenslotte wordt de samenhang tussen de gehechtheid van het kind en gerapporteerd probleemgedrag door ouders nagegaan. Methode In dit onderzoek participeerden 84 kinderen in de leeftijd van zeven tot twaalf jaar en hun ouders. Zowel vaders als moeders vulden twee online of papieren vragenlijsten in. De Parental Reflective Functioning Questionnaire (PRFQ) is gebruikt om het ouderlijk RF te meten. De Child Behavior Checklist (CBCL) is gebruikt om het probleemgedrag van het kind te meten. De gehechtheid van het kind met de primaire opvoeders is gemeten met de Attachment Story Completion Task (ASCT). Resultaten Een samenhang wordt gevonden tussen het RF van moeders, maar niet van vaders, en de hechtingsstijl van het kind. Er is geen samenhang gevonden tussen het RF van zowel vaders als moeders en gerapporteerd internaliserend of externaliserend probleemgedrag. Tenslotte is geen samenhang gevonden tussen de gehechtheid van het kind en gerapporteerd probleemgedrag door ouders. Conclusie Een hogere mate van moederlijk RF, maar niet van vaderlijk RF, is op basis van de uitkomsten van dit onderzoek gerelateerd aan een veiliger hechtingsstijl. Implicaties en aanbevelingen voor toekomstig onderzoek worden besproken.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/23757
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo