View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        De Relatie tussen Ouderlijke Stress en de Participatie van Kinderen met Cerebrale Parese

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Randen, MJSvan-4252888.pdf (314.7Kb)
        Publication date
        2015
        Author
        Randen, M.J.S. van
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Achtergrond: Kinderen met lichamelijke beperkingen, zoals cerebrale parese (CP), participeren vaak minder in vrijetijdsactiviteiten. Omdat participatie juist een positieve bijdrage levert aan de ontwikkeling van kinderen met CP, is kennis nodig van factoren die samenhangen met hun participatie. Eerder onderzoek wijst op een verband tussen ouderlijke stress en participatie van het kind. Deze stress is vooral verhoogd in de eerste levensjaren. Doel: Het doel van het huidige onderzoek is om de relatie tussen ouderlijke stress en participatie in vrijetijdsactiviteiten van kinderen van 18 tot 48 maanden nader te onderzoeken. Methode: Om stress die gerelateerd is aan het opvoeden van een kind met CP te onderscheiden van gewone ouderlijke stress, zijn twee groepen ouders met elkaar vergeleken. De steekproef bestaat uit 62 ouders met een kind met CP van 18 tot 48 maanden (M = 35.61, SD = 5.63) en 60 ouders van kinderen zonder CP in dezelfde leeftijdsgroep (M = 33, SD = 8.61). Ouderlijke stress en participatie zijn gemeten door het afnemen van vragenlijsten bij de ouders. Resultaten: Er is een significante negatieve relatie tussen ouderlijke stress gerelateerd aan kindkenmerken en de participatie in actieve bewegingsactiviteiten van kinderen met CP (rs = -.26, p < .05). Deze relatie is significant anders dan bij ouders van kinderen zonder CP (Z = 0.76, p = .05). Correlaties tussen ouderlijke stress en participatie op de andere subschalen bleken niet significant te zijn. Conclusie: Vervolgonderzoek is noodzakelijk om de relatie tussen ouderlijke stress en participatie van het kind nader te bepalen.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/22345
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo