Luister goed, hij spreekt … Duits! Metacommunicatie in luistertaalgesprekken en lingua franca gesprekken
Summary
In dit onderzoek wordt een vergelijking gemaakt tussen Nederlands-Duitse luistertaalgesprekken en gesprekken tussen Nederlanders en Duitsers waarbij Engels als lingua franca (ELF) gebruikt wordt. In Nederlands-Duitse luistertaalgesprekken spreken een Nederlander en een Duitser met elkaar waarbij ze ieder hun eigen moedertaal spreken. Er wordt gekeken hoe in beide soorten gesprekken metacommunicatie wordt toegepast: communicatie over de manier waarop het gesprek moet verlopen. Er blijken over het algemeen geen verschillen tussen luistertaal- en ELF-gesprekken te zijn in het toepassen van metacommunicatie. Wanneer taalvaardigheid van de gesprekspartner mee wordt genomen in de analyse blijkt dat er wel degelijk verschillen zijn: mensen met een gesprekspartner met een gemiddelde taalvaardigheid in luistertaalgesprekken blijken meer metacommunicatie te gebruiken dan mensen met een gesprekspartner met een gemiddelde taalvaardigheid in ELF-gesprekken. Wanneer de gesprekspartner een lage of hoge taalvaardigheid heeft zijn er geen verschillen in het gebruik van metacommunicatie. Dit interactie-effect komt doordat taalvaardigheid wel van invloed is op het gebruik van metacommunicatie in luistertaalgesprekken maar niet in ELF-gesprekken.