View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Executieve Functies bij normaal ontwikkelende kleuters

        Thumbnail
        View/Open
        Bachelorthesis Essenburg, M van den-F120957 en Exalto, R-3942481 en Visser, V-3947106 en Wit, R de-9323953.pdf (303.7Kb)
        Publication date
        2014
        Author
        Essenburg, M.M. van den
        Exalto, R.A.
        Visser, V.S.B.
        Wit, R.N. de
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Doel: In het huidige onderzoek zijn Executieve Functies (EF) gemeten bij Nederlandse kinderen door middel van een nieuwe computergestuurde testbatterij ontwikkeld door Willoughby, Blair, Wirth en Greenberg (2012). Er is onderzocht of er een positieve samenhang was tussen EF en de factoren sociaal functioneren en (vroege) reken- en taalvaardigheden. Daarnaast is gekeken naar het verschil in EF scores tussen groepen die verschilden wat betreft opleidingsniveau van ouders en geslacht van het kind. Ook de constructvaliditeit van de testbatterij is onderzocht. Methode: De participanten aan dit onderzoek waren ‘normaal’ ontwikkelende kleuters in de leeftijd van 4;0 tot 6;7 jaar uit de groepen 1 en 2 van negen verschillende basisscholen in Nederland (N=164). De testbatterij bestond uit drie werkgeheugentaken, drie inhibitietaken, één cognitieve flexibiliteittaak en één test voor reactiesnelheid. Resultaten: Er bleek een zwakke negatieve samenhang tussen ‘sociaal contact leerkracht’ en cognitieve flexibiliteit en één van de werkgeheugentaken. Tussen EF en (vroege) reken- en taalvaardigheden bestonden verschillende significante verbanden, echter de richting van de verbanden bleek afhankelijk van het gebruikte leerlingvolgsysteem. Er is geen significant verschil gevonden in EF scores tussen de groepen opleidingsniveau van ouders. Op één inhibitietaak scoorden meisjes significant beter. De constructvaliditeit van de testbatterij kan worden beoordeeld als matig. Conclusie: De opgestelde hypothesen konden ten dele worden aangenomen.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/16963
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo