View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Kinderverhoor Begrip van minderjarigen tussen de 12 en 18 jaar omtrent het verhoor over een ondertoezichtstelling en/of (gesloten machtiging tot) uithuisplaatsing

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Thije, CAM ten-3658104 en Winters, CHJ-3223213.pdf (825.1Kb)
        Publication date
        2012
        Author
        Thije, C.A.M. ten
        Winters, C.H.J.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Achtergrond: Het hoorrecht van minderjarigen is binnen het nationale recht van Nederland vastgelegd in artikel 809 van het wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Dit onderzoek gaat over de taak van de kinderrechter om minderjarigen in gelegenheid te stellen om hun mening kenbaar te maken, voordat er een beslissing wordt genomen. Het is belangrijk dat jeugdigen tijdens een dergelijk kinderverhoor op een speciale wijze behandeld worden. Onderzoeksvraag: In deze studie wordt onderzocht in hoeverre minderjarigen in de leeftijdscategorie van twaalf tot achttien jaar de zitting over een ondertoezichtstelling en/of (gesloten machtiging tot) uithuisplaatsing bij de kinderrechter begrijpen. Methode: De participanten zijn minderjarigen in de leeftijd van twaalf tot achttien jaar. Er is sprake van een selecte steekproef en er is gebruik gemaakt van observatielijsten en interviews. Resultaten: Ongeveer de helft van de minderjarigen bereidt zich voor op het kinderverhoor, de overige helft bereidt zich niet of deels voor. Eveneens weet ongeveer de helft van de minderjarigen waarom verschijning noodzakelijk is. De begrips- en gesprekvaardigheden van kinderrechters zijn voldoende tot goed, met uitzondering van complimenteren. Dit wordt benedengemiddeld toegepast. Het merendeel van de kinderrechters verifieert het begrip van de minderjarigen niet. Conclusie: De onderzoeksresultaten tonen aan dat voorbereiding voor een kinderverhoor, door de minderjarigen, niet lijkt samen te hangen met een toename aan begrip omtrent de reden om te verschijnen. Verder zou verifiëren van het begrip door de kinderrechter mogelijk een positieve invloed kunnen hebben op het begrip van de minderjarigen na de zitting. De begrips- en gespreksvaardigheden lijken het begrip van de minderjarigen niet te beïnvloeden.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/11033
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo