Global Maritime Finance - Een evolutionaire analyse
Summary
Sinds de eerste tekenen van recessie binnen de financiële markten in 2008 is er veel gebeurd binnen de maritieme financiële dienstverlening. In 2007 lag het global shipping volume binnen de scheepsfinanciering nog boven de negentig miljard dollar. Door sterk teruggelopen transportvolumes en daaruit voortvloeiende overcapaciteit binnen de sector daalde het aantal orders binnen de scheepsbouw, en was het totale shipping volume in 2009 drastisch gekrompen. Aziatische banken hebben tijdens het dieptepunt hun marktaandeel kunnen vergroten maar dit heeft zich niet vertaald naar een geografische verschuiving van het financiële netwerk.
De maritieme financiële dienstverlening is vooral een Europese aangelegenheid met veel grote Europese banken als leiders binnen de sector. Het geografische zwaartepunt van de sector heeft altijd in Europa gelegen en is gedurende de economische recessie ook in Europa gebleven. Londen vormt nog steeds het globale centrum met Oslo, Athene en Hamburg als secondaire centra in Europa. New York en Londen hebben nog steeds een centrale positie binnen de globale maritieme financiële dienstverlening. In Azië vervullen Hong Kong, Singapore en Tokyo een leidende rol. Globaal gezien vormen Londen, New York en Singapore de drie continentale hubs binnen de maritieme financiële dienstverlening met daaromheen een secondair netwerk van ondersteunende steden.
In dit onderzoek wordt naar het onderwerp gekeken vanuit het perspectief van de evolutionaire economie. De theorie, de concepten en de begrippen die daarbij worden gebruikt komen uitgebreid aan bod. Vooral de co-evolutie tussen de maritieme sector en de financiële sector wordt belicht. De focus ligt op netwerken tussen bedrijven die actief zijn binnen de maritieme financiële dienstverlening, en op bedrijven in de maritieme sector als geheel. Ruimtelijke concentraties en netwerken binnen de maritieme (financiële) sector worden zichtbaar, en aan de hand van de factoren die ABN AMRO belangrijk acht voor haar eigen zakelijke netwerk kan gekeken worden waar mogelijkheden liggen voor nieuwe vestigingen in het buitenland.
De recente maatschappelijke, politieke en economische ontwikkelingen vragen om nieuwe routines van alle betrokken actoren. Een recessie kan gezien worden als een transitieperiode waarin het kaf van het koren wordt gescheiden. Bedrijven die hun routines niet kunnen aanpassen aan de nieuwe selectieomgeving zullen moeite hebben met overleven en verliezen uiteindelijk hun bestaansrecht in een steeds competitiever wordend globaal economisch systeem.
ABN AMRO heeft een turbulente periode achter rug die werd ingezet met de overname door RBS, Fortis en Banco Santander. Nu de integratie met Fortis Nederland is voltooid zet de bank weer stappen naar buiten en zijn de ambities groot. Er is gekozen voor een integratie van de afdelingen Energy, Commodities & Transportation (ECT). Dit is heel begrijpelijk omdat deze sectoren in de realiteit ook steeds meer met elkaar geïntegreerd zijn geraakt.
Naast de integrale benadering van ECT is het ook belangrijk dat nieuwe nichemarkten worden opgemerkt. Een van de nichemarkten die goed aansluit bij ECT is Carbon Capture & Storage (CCS). De bedrijven die zich nu bezig houden met demo projecten zijn interessante relaties voor ABN ARMO op het gebied van Energy, Commodities & Transportation.
Het belangrijkste voor ABN AMRO is dat het kritisch kijkt naar eigen routines en gedurende de huidige globale herpositionering let op wat de veranderende financiële en maritieme sector vraagt van de routines van de bank. Het creëren van nieuwe succesvolle routines en het aanpassen van oude hardnekkige routines kunnen ABN AMRO weer tot een van de grootste spelers maken op het gebied van van Energy, Commodities & Transportation.