View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Motorische competentiebeleving en motorisch belang bij kinderen in de basisschoolleeftijd

        Thumbnail
        View/Open
        Masterthesis Haan, S den-3010619.pdf (270.9Kb)
        Publication date
        2011
        Author
        Haan, S. den
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Achtergrond: De relatie tussen motorische competentiebeleving en motorisch belang en de invloed van sekse, leeftijd en een lichte motorische beperking hierop is nauwelijks onderzocht. Doel: Meer inzicht verkrijgen in de motorische competentiebeleving en het motorisch belang en hun onderlinge relatie bij kinderen in groep drie tot en met acht van de basisschool. Nieuw was het gebruik van een vragenlijst specifiek gericht op subdomeinen van motorische competentiebeleving en motorisch belang. Methode: ANOVA repeated measures werden uitgevoerd om de invloed van sekse, leeftijd en lichte motorische beperking op de motorische competentiebeleving en het motorisch belang na te gaan bij 738 kinderen in de leeftijd van zes tot en met twaalf jaar van diverse reguliere basisscholen. 98 van de 738 participanten werden gescreend op DCD. De samenhang tussen motorische competentiebeleving en motorisch belang werd berekend met Kendall’s tau correlaties. Resultaten: Er werd een significante, positieve correlatie gevonden tussen motorische competentiebeleving en motorisch belang. Kinderen voelden zich het meest competent met betrekking tot grof motorische vaardigheden en hechtten hieraan het meeste belang. Jongens en meisjes, evenals jongere en oudere kinderen verschilden in de mate van competentiebeleving op de diverse domeinen van motoriek. Jongens en meisjes verschilden tevens in het belang dat zij aan de domeinen hechtten. Jongere kinderen voelden zich motorisch competenter en hechtten aan motorische competentie meer belang dan oudere kinderen. Kinderen met een vermoeden van DCD voelden zich motorisch minder competent dan controlekinderen, terwijl het belang dat beide groepen aan motorische competentie hechtten niet significant verschilde. Conclusie: Kinderen in de basisschoolleeftijd met een hoge motorische competentiebeleving hechten er veel belang aan om motorisch competent te zijn. Daarnaast blijkt dat sekse, leeftijd en de aan- of afwezigheid van DCD van invloed is op de motorische competentiebeleving en het belang dat zij eraan hechten motorisch competent te zijn.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/9270
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo