Webevaluatie. Een vergelijking van de methoden feedbackbutton en Infocus op de website van de Gemeente Amersfoort.
Summary
In deze scriptie wordt een verkennend onderzoek gedaan naar twee webevaluatiemethoden: de feedbackbutton en Infocus. Commentaren die beide methoden hebben opgeleverd worden met elkaar vergeleken. Voor- en nadelen van beide methoden zullen worden afgewogen. Het onderzoek is een replicatie van het onderzoek van Paula Hubbers (2010), op basis van een andere website en ander materiaal. In dit onderzoek staat de website van de gemeente Amersfoort centraal.
Infocus is een laboratoriummethode die offline plaats vindt. Bij deze methode worden gebruikers in de rol van evaluator geplaatst. Met het softwareprogramma Infocus kunnen gebruikers feedback geven over een website via een commentaarknop. De feedbackbutton daarentegen is een online methode, waarmee gebruikers op een eenvoudige wijze problemen die zij tegenkomen op de website kunnen melden.
Bij het onderzoek wordt ingegaan op het aantal problemen dat gesignaleerd wordt door beide methoden, het soort commentaar dat de methoden opleveren en in welke categorieën gebruikersproblemen het vaakst voorkomen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in de relevantie en de ernst van problemen, de categorie-indeling van proefpersonen en de onderzoeker en de kwaliteit van de formulering van het commentaar.
Het blijkt dat websitebezoekers de feedbackbutton voor meerdere doeleinden gebruiken en dat niet al het commentaar relevant is ter verbetering van de website. De commentaren van de feedbackbutton gaan over storende, actuele problemen op de gehele website. De commentaren van Infocus zoomen in op bepaalde domeinen van de website en proefpersonen bekritiseren de website vanuit een breder perspectief.
Als we kijken naar het soort gebruikersproblemen waarop commentaren zich richten, dan kunnen we stellen dat bij de feedbackbutton de meeste problemen van technische aard zijn. Daarbij gaat het vaak om problemen met het maken van een digitale afspraak of links die niet werken. Ook heeft veel commentaar betrekking op informatie die ontbreekt of niet correct is. Bij Infocus gaat commentaar over informatie die ontbreekt of niet correct is en over de navigatie. Bij deze methode gaan proefpersonen vaker in op details, zoals de vormgeving of een onduidelijke benaming van een link.
Zowel bij Infocus als de feedbackbutton hebben proefpersonen moeite met het categoriseren van problemen. Het is de vraag of proefpersonen daadwerkelijk in staat zijn om problemen in categorieën in te delen, aangezien het aantal categorieën en de benamingen van categorieën al in verschillende onderzoeken aangepast zijn.
De gemiddelde ernst van problemen bij de feedbackbutton ligt hoger dan bij Infocus, wat betekent dat problemen die met de feedbackbutton achterhaald worden meer prioriteit hebben om opgelost te worden. Bij de kwaliteit van de formuleringen zijn er verschillen op het gebied van interpunctie, de plaats van het commentaar en het geven van een oplossing. De plaats van het commentaar wordt in Infocus minder vaak tekstueel toegelicht, omdat proefpersonen in Infocus de mogelijkheid hebben om te markeren op welke plaats het commentaar betrekking heeft. Bij Infocus geven maar zeer weinig proefpersonen een oplossing voor het probleem, terwijl bijna een kwart van de gebruikers van de feedbackbutton een oplossing aanlevert. Opvallend is dat Infocus proefpersonen minder gebruik maken van interpunctie. Bij beide methoden maakt ongeveer 25% van de proefpersonen spellings- of syntaxfouten.
De feedbackbutton geeft inzicht in de gebruiksvriendelijkheid van een website in algemene zin. Daarbij rapporteren echte gebruikers problemen over de gehele site. Infocus is echter een geschikte methode om in te zoomen op bepaalde pagina’s van de website. Bij beide methoden komen verschillende gebruikersproblemen aan het licht. Juist een combinatie van methoden kan effectief zijn om de website optimaal te kunnen verbeteren.