Het effect van herhaaldelijk controleren op zekerheid, gedetailleerdheid, levendigheid en accuraatheid van het geheugen.
Summary
Uit recent onderzoek blijkt dat herhaaldelijk controleren van virtuele, realistische stimuli leidt tot een afname in zekerheid, gedetailleerdheid en levendigheid van het geheugen, maar niet tot een afname in accuraatheid van het geheugen (Van den Hout & Kindt, 2003a, 2003b, 2004). Herhaaldelijk controleren leidt tot meer onzekerheid en werkt dus averechts, omdat het niet leidt tot de door patiënten met OCS gewenste zekerheid. Een door Van den Hout & Kindt (2003a) ontwikkeld experiment werd in het huidige onderzoek in een aangepaste vorm gebruikt. De realistische stimuli die herhaaldelijk gecontroleerd moesten worden, werden vervangen door abstracte stimuli, om te toetsen of de resultaten van Van den Hout & Kindt (2003a) gerepliceerd konden worden bij een groep met obsessief-compulsieve patiënten, angstpatiënten en een gezonde controlegroep. Daarnaast werd onderzocht of de geheugenonzekerheid van obsessief-compulsieve patiënten toenam, naarmate hun obsessies en compulsies, gemeten met de Padua Inventory (PI: Sanavio, 1988) toenamen. Afgezien van een significant drieweg interactie-effect voor levendigheid en de gelijk gebleven accuraatheid, werden de hypothesen niet bevestigd. Dit kan echter verklaard worden door een structurele fout in de vragenlijst die tijdens de pretest en de posttest afgenomen werd. Uit navraag bleek echter, dat de hypothesen wel bevestigd lijken te worden door de data van de participanten die de vragenlijst wel goed begrepen leken te hebben. Het uitblijven van het effect van de PI-score, kan te wijten zijn aan een te kleine spreiding van scores op de PI. Als toekomstig onderzoek de limitaties van het huidige onderzoek kan overkomen, worden er mogelijk wel significante effecten gevonden voor herhaaldelijk controleren.