De sluwe vleierei van het schijn-schone leven. Paul van Ostaijen en zijn houding ten opzichte van popcultuur.
Summary
In deze scriptie bestudeer ik de literatuur van Paul van Ostaijen (1896-1928) vanuit een specifieke invalshoek: zijn houding ten opzichte van popcultuur. Net als andere kunstenaars en intellectuelen werd hij aan het begin van de twintigste eeuw geconfronteerd met een nieuwe, algemeen toegankelijke cultuur die het stadsleven ingrijpend veranderde. Niet alleen deze cultuur van de massa, maar ook de massa als sociale groep kreeg steeds meer voet aan de grond in de moderne maatschappij. Zo kwamen de traditionele artistieke en sociale verhoudingen onder vuur te staan; de (door de kunstenaar verachte) bourgeoisie zag zich bedreigd in haar machtspositie en de kunst dreigde door de opkomst van de commerciële popcultuur gemarginaliseerd te raken. Tegelijkertijd bracht de populaire cultuur een bevrijding voor de kunst, aangezien traditionele denkkaders rigoureus ter discussie gesteld werden. De veranderende omstandigheden vroegen dus om een nieuwe positiebepaling. Dit complexe proces van positionering is duidelijk zichtbaar bij Van Ostaijen. Uit zijn literaire ontwikkeling blijkt een voortdurend zoeken naar antwoorden op de problemen die de veranderende samenleving hem stelt. Daarbij is steeds veel aandacht waarneembaar voor de positie van de kunst en die van de kunstenaar-intellectueel in de moderne samenleving. Enerzijds tracht Van Ostaijen de verworvenheden van de moderne tijd in te zetten in zijn strijd tegen de burgerlijke macht, terwijl hij zijn kunst anderzijds scherp afzet tegen de kapitalistische en nivellerende massacultuur.