Een passende plek voor een goede oude dag: een onderzoek naar het niet-verhuizen van ouderen in een Amsterdamse buurt
Summary
De vergrijzing speelt een belangrijke rol in het huidige en toekomstige beleid op de terreinen van de zorg, de arbeidsmarkt en de woningmarkt. Samen met een proces van extramuralisering van de zorg en de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning vraagt dit om aandacht voor het zelfstandig wonen onder ouderen. Om de groeiende groep zelfstandig wonende ouderen tegemoet te komen, moeten er voldoende ouderenwoningen beschikbaar zijn. Naast dit kwantitatieve woningaanbod voor ouderen moeten de woningen echter ook voldoen aan de eisen die ouderen stellen aan hun woning. Als dit niet het geval is, ontstaat er een kwalitatieve mismatch tussen de vraag en het aanbod. De aanleiding voor dit onderzoek is een waargenomen kwalitatieve mismatch in de gemeente Amsterdam. Om te achterhalen waar deze mismatch vandaan komt is een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar ouderen die een verhuiswens hebben, maar er niet in slagen een woning te vinden. Hiertoe zijn in het stadsdeel Westerpark ouderen en professionals geïnterviewd over hun zoektocht naar een woning en de problemen die ze ondervonden. De onderzoeksvraag luidt: Welke factoren dragen bij aan het niet-verhuizen van ouderen in Amsterdam?
De theoretische basis voor dit onderzoek wordt gevormd door drie verhuistheorieën: de life cycle-theorie, de stress threshold-theorie en de life course-theorie. Daarnaast is de notie van de closing lifespace belangrijk om te begrijpen dat de leefwereld van ouderen kleiner wordt met de leeftijd. Als ouderen besluiten niet te verhuizen, zijn er drie alternatieven die ze kunnen inzetten: aanpassing, compensatie en tolerantie.
Aan de hand van verschillende stappen in het verhuisproces wordt achterhaald hoe een verhuiswens ontstaat, welke woonwensen ouderen hebben en de gevolgen van deze woonwensen voor het verhuisproces, de zoekstrategieën die ouderen hanteren en welke hulpbronnen zij kunnen inzetten om een woning te zoeken. Verder is gekeken naar de perceptie en de evaluatie die ouderen hebben van het woningaanbod dat zij tegen zijn gekomen. Tenslotte komen de alternatieven die ouderen inzetten om een verhuizen uit- of af te stellen aan bod. Een typologie van vier soorten woningzoekende ouderen maakt verder duidelijk dat een grote mate aan heterogeniteit bestaat binnen de groep ouderen die wil verhuizen.