Van grip naar begrip
Summary
Effectief burgerschapsonderwijs voor mbo-studenten is belangrijk. Zij hebben weinig vertrouwen in de samenenleving, een lage politieke participatie en weinig vertrouwen in hun burgerschapsvaardigheden. Ondanks groeiende beleidsaandacht, zoals aangescherpte kerndoelen en een verplicht examen vanaf 2026, blijft effectief burgerschapsonderwijs afhankelijk van de beleving en professionaliteit van docenten. Meer beleid betekent niet automatisch beter burgerschapsonderwijs. Docenten spelen een belangrijke rol in de betekenis en vormgeving van dit vak, maar hun perspectief is nog onderbelicht in de wetenschappelijke literatuur. Daarom brengt dit onderzoek de beleving in kaart door te kijken naar de uitdagingen die mbo-docenten ervaren en welke factoren hen kunnen ondersteunen in het vormgeven van effectief burgerschapsonderwijs. Door middel van exploratief onderzoek met een fenomenologische benadering wordt door middel acht verhalen en veertien semi-gestructureerde interviews de beleving van mbo-docenten onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat de beleving van docenten burgerschap plaatsvindt op vier niveaus: intrapersoonlijk, klas, beleid en maatschappij. Deze niveaus beïnvloeden elkaar en laten zien dat burgerschapsonderwijs binnen het mbo complex en contextafhankelijk is, mede door de grote diversiteit in studentpopulatie. Op basis hiervan wordt aanbevolen om beleid te ontwikkelen dat beter aansluit bij deze diversiteit en bij de leefwereld van studenten.