Cyprus en het Grieks nationalisme
Summary
Deze master scriptie onderzoekt aan de hand van welke oorzaken de Cypriotische Enosis (unie met Griekenland) mislukt is aan het begin van de 20e eeuw. De oorzaken worden gezocht in het complexe samenspel tussen Britse koloniale belangen, Grieks nationalisme in de vorm van het irredentisme volgens het Megali Idea en de lokale Cypriotische beweging tot Enosis. Via het theoretische kader van historische etnografie wordt deze in deze analyse inzicht gegeven in de bredere context van Enosis. Aangetoond wordt dat op meerdere momenten Enosis realiteit had kunnen worden, maar uiteindelijk niet gerealiseerd werd door falend beleid en conflicterende belangen. Daarbij benadrukt de scriptie dat het falen van Enosis niet te wijten is aan een enkele cirital juncture, maar een Enosis in de periode 1912-1931 een transformatie onderging. Verder worden in het onderzoek de gebeurtenissen en strategische belangen beschreven die er rond deze periode bestonden In die transformatie ging Enosis van Grieks-Britse ruilhandel naar een lokaal gewortelde beweging. Het beschrijft hoe de Britse koloniale strategie gecentreerd was rond geopolitieke belangen terwijl het Grieks nationalisme in de vorm van het Megali Idea zocht naar territoriale uitbreiding in de voormalige Byzantijnse gebieden. De invloed van internationale ontwikkelingen zoals de Eerste Wereldoorlog en de wisselwerking tussen personen zoals Venizelos, Lloyd George, Churchill en Stavridis worden geanalyseerd. De scriptie eindigt met de bespreking van de lokale nationalistische beweging die uiteindelijk leidde tot de Oktovriana. De Oktovriana had een tegenovergesteld effect door in plaats van voor Enosis te zorgen te leiden tot autoritair Brits bestuur onder gouverneur Richmond Palmer.