MoedINT2 in het basisonderwijs

Abstract

NT2-onderwijs is er in allerlei soorten en maten om nieuwkomers zo goed mogelijk te begeleiden tijdens hun leerproces van de Nederlandse taal. Leerkrachten die lesgeven aan nieuwkomers werken dan ook met een zeer diverse groep leerlingen, die ieder hun eigen moedertaal hebben. Deze moedertalen kunnen worden ingezet bij het leren van Nederlands aan de hand van de webapp MoedINT2 die overeenkomsten en verschillen tussen het Nederlands en andere moedertalen weergeeft. NT2-leerkrachten kunnen deze kennis gebruiken om het leerproces van hun leerlingen te bevorderen en positieve transfer te stimuleren. Het huidige onderzoek gaat in op de beoordeling van de webapp MoedINT2 door reguliere basisschoolleerkrachten en nieuwkomersleerkrachten in het basisonderwijs. Door middel van een enquête zijn data verzameld over de bekendheid met de app en de gebruikerservaring van de participanten. Uit het onderzoek is gebleken dat nieuwkomersleerkrachten bekender zijn met MoedINT2, maar daardoor ook kritischer beoordelen dan reguliere basisschoolleerkrachten. Nieuwkomersleerkrachten zijn ook waarschijnlijker om de app te gaan gebruiken, mits ze dat nog niet doen, omdat zij lesgeven in een meertalige onderwijspraktijk die bij reguliere basisschoolleerkrachten nog wel eens ontbreekt. De leerkrachten zijn het er in ieder geval over eens dat MoedINT2 een goed initiatief is om NT2-leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden tijdens het leren van Nederlands. Hoe leerkrachten dat precies aanpakken, zal uitgewezen moeten worden in vervolgonderzoek.