Leerkracht-leerling interactie en de taalvaardigheid en taalontwikkeling van kleuters.

Abstract

Het doel van de huidige studie is aspecten van de leerkracht-leerling interactie op de taalontwikkeling en de taalvaardigheid van kleuters te onderzoeken. Van drie aspecten van taal, gemiddelde lengte van een uiting (MLU), diversiteit van het vocabulaire (TTR) en het abstractieniveau, wordt onderzocht of zij de groei in de ontluikende geletterdheid en de receptieve woordenschat van kleuters voorspellen. Daarnaast wordt de relatie tussen de drie aspecten van leerkracht-leerlinginteractie en de ontluikende geletterdheid en de receptieve woordenschat gecontroleerd voor thuistaal. 29 kleuters, die deelnamen aan een Voor- en Vroegschools Educatie programma (VVE), in de leeftijd van 45 tot 56 maanden en hun leerkrachten participeerden in het onderzoek. De kleuters verschillen in hun culturele achtergrond. Uit de resultaten komt naar voren dat zowel de doelgroepkleuters als de niet-doelgroepkleuters groei laten zien in de ontluikende geletterdheid en de receptieve woordenschat. De MLU en TTR voorspellen significant de groei in ontluikende geletterdheid en receptieve woordenschat. Wanneer wordt gecontroleerd voor thuistaal blijkt dat voor kleuters die thuis Nederlands spreken, de relatie tussen TTR en ontluikende geletterdheid significant beïnvloedt. Een andere thuistaal dan Nederlands heeft een significante invloed op de relatie tussen TTR, MLU en de receptieve woordenschat. De resultaten indiceren dat de drie aspecten van de leerkracht-leerling interactie een positieve invloed hebben op de taalvaardigheid en taalontwikkeling van kleuters.