Er was eens… een transhistorische tentoonstelling: Een casestudie naar de presentatie en interpretatie van The Swing (ca.1767-1768) bij Inspiring Walt Disney: The Animation of French Decorative Arts
Summary
Dit is een casestudie naar de mate waarin Inspiring Walt Disney: The Animation of French Decorative Arts als transhistorische tentoonstelling een vernieuwende bijdrage levert aan de presentatie en interpretatie van The Swing (ca.1767/1768) tot dan toe. Transhistorisch tentoonstellen is een opkomende museumpraktijk, waarbij objecten en artefacten uit verschillende perioden, kunsthistorische en culturele contexten gecombineerd worden in één tentoonstelling. Deze benadering staat tegenover de ‘traditionele’ tentoonstellingspraktijken die objecten groeperen aan de hand van tijdsperiode, nationaliteit, stijl, chronologie en medium. Bij Inspiring Walt Disney worden Franse, achttiende -eeuwse kunstobjecten met twintigste- en eenentwintigste -eeuwse animatie getoond in één museumopstelling. Deze masterscriptie hoopt bij te dragen aan het academische discours over transhistorisch tentoonstellen, wat tot nu toe voor een groot deel uiteengezet is in The Transhistorical Museum: Mapping the Field (2018). In dit boek wordt de assumptie gemaakt dat transhistorisch tentoonstellen het mogelijk maakt om interpretaties van individuele objecten te herzien, door een vernieuwende context. In de masterscriptie wordt deze assumptie getest middels het schilderij The Swing van Jean-Honoré Fragonard (1732 - 1806) als case. De presentatie en interpretatie van The Swing in de vaste opstelling in de Wallace Collection te Londen wordt vergeleken met de presentatie en interpretatie van het gedeelte in Inspiring Walt Disney over het werk en de Disneyanimaties die erop geïnspireerd zijn. Het onderzoek is verdeeld over drie hoofdstukken die ieder een deelvraag beantwoorden. Een visuele en iconografische analyse van The Swing in hoofdstuk 1 en dezelfde analyse voor de Disneyanimatie in hoofdstuk 2 vormen de basis(kennis) voor het kunnen vergelijken van de manier waarop de werken worden geïnterpreteerd door de conservators van de vaste en tijdelijke opstelling. Het derde, laatste hoofdstuk gaat in op de mate waarin Inspiring Walt Disney daadwerkelijk vernieuwend is geweest als het gaat over transhistorische uitgangspunten. Ondanks de opstelling van The Swing met Disneyanimatie in de transhistorische tentoonstelling, wordt het werk nog steeds gepresenteerd als topstuk in zijn kunsthistorische stijlcontext. De traditionele interpretatie van The Swing is behouden, maar op een vernieuwende manier gepresenteerd door de toepassing van de transhistorische tentoonstellingsthema’s Animating the Inanimate en The Art of Storytelling. Voor een vernieuwende blik op de interpretatie van zowel The Swing als Disneyanimatie stelt de auteur het concept fantaisie voor als transhistorisch tentoonstellingsthema.