Het modererende effect van sociale steun op de relatie van baanautonomie en uitstroomintentie tot zzp van beginnend verpleegkundigen
Summary
Inleiding:
Binnen de zorgsector is er een groot te kort aan gekwalificeerd zorgpersoneel: de instroom van student-verpleegkundigen vermagert en met name de beginnend verpleegkundige stromen uit. Door het personeelstekort is er sprake van hoge werkdruk, wat ten koste gaat van de kwaliteit van de zorg en hiermee de maatschappelijke gezondheid. Door de afname van de maatschappelijke gezondheid, dubbele vergrijzing en toename van chronische ziekten blijft de werkdruk enkel exponentieel toenemen en bevindt de zorgsector zich in een neerwaartse spiraal. De reden tot uitstroom lijkt af te hangen van de mate van ervaren baanautonomie: zowel te veel als te weinig baanautonomie worden als doorslaggevende reden tot uitstroom gegeven. Een grote invloedrijke factor die naar voren komt lijkt het gesprek aan sociale steun, waardoor de baanautonomie te gering of overweldigend wordt ervaren.
Doel:
Het doel van deze scriptie is om de aard van de relatie tussen baanautonomie en uitstroomintentie tot zzp’er van beginnend verpleegkundigen te verklaren door middel van het kijken naar het effect van sociale steun als moderatie binnen deze relatie. Dit wordt gedaan door middel van het toetsen van verschillende mate van ervaren baanautonomie in combinatie met de ervaren uitstroomintentie tot zzp’er en sociale steun in combinatie met baanautonomie en uitstroomintentie tot zzp’er te toetsen.
Methode:
Dit onderzoek is van kwantitatieve aard. Er heeft een dataverzameling plaatsgevonden middels het online enquêteprogramma Qualtrics. De respondenten zijn verzameld door middel van sociale media platformen. De hypothesen zijn getest met de data die is verkregen uit een steekproef van uiteindelijk 147 respondenten.
Resultaten:
Er is sprake van een relatie tussen baanautonomie en uitstroomintentie tot zzp’er, maar deze samenhang is tegen verwachting in van lineaire aard, in plaats van curvi-lineaire aard. Daarnaast is er sprake van een negatief effect van sociale steun op de relatie tussen baanautonomie en uitstroomintentie tot zzp’er: sociale steun versterkt het negatieve effect van baanautonomie op de uitstroomintentie tot zzp’er.
Conclusie:
De verschillende mate van ervaren baanautonomie heeft geen invloed op de ervaren uitstroomintentie tot zzp’er omdat er sprake is van een lineaire samenhang tussen deze variabelen: hoe meer baanautonomie beginnend verpleegkundigen ervaren, hoe kleiner hun intentie wordt om uit te stromen tot zzp-verpleegkundigen. Hiernaast versterkt sociale steun het negatieve effect van baanautonomie op de uitstroomintentie tot zzp’er van beginnend verpleegkundigen: wanneer beginnend verpleegkundigen veel sociale steun ervaren, zijn zij beter in staat om met baanautonomie om te gaan, wat de intentie om uit te stromen tot zzp’er vermindert.