Inclusiviteit binnen atletiekverenigingen: een aanname of realiteit?

Abstract

In dit onderzoek is gekeken naar de normen die heersen binnen een atletiekvereniging en de bijdrage van deze normen op de sense of belonging van leden en bestuursleden binnen een atletiekvereniging. Het doel van het onderzoek is om inzichtelijk te krijgen welke aspecten van diversiteit en inclusiviteit op dit moment spelen binnen atletiekverenigingen, welke normen daaraan ten grondslag liggen en wat zij doen of niet doen op het gebied van inclusiviteit en belonging. Daarnaast is het doel om op basis van het onderzoek concrete aanbevelingen aan de atletiekverenigingen te geven.

Op basis van de doelstelling is de volgende onderzoeksvraag tot stand gekomen: ‘Welke (somatische) normen heersen er binnen een atletiekvereniging en hoe draagt dit al dan niet bij aan de sense of belonging van leden en bestuursleden binnen een vereniging?

Om antwoord te geven op de onderzoeksvraag is gebruik gemaakt van kwalitatief onderzoek. Deze bestond uit 15 semigestructureerde interviews met leden en bestuursleden binnen zeven verschillende atletiekverenigingen.

De resultaten van het onderzoek zijn gepresenteerd aan de hand van drie thema’s die uit de data zijn gevonden: trainings- en wedstrijdaanbod; cultuur en normen; en bestuur.

Aan de hand van de drie thema’s zijn er een aantal hoofdconclusies naar voren gekomen. Zo is inclusiviteit en diversiteit binnen de atletieksport eigenlijk niet tot nauwelijks te meten in één aspect van inclusiviteit zoals het thuisgevoel, doordat er per hoofdafdeling en de verscheidenheid in trainingsaanbod verschillende aspecten van inclusiviteit en diversiteit kunnen zijn. Dit maakt de atletieksport complex door de diversiteit in disciplines en trainingsaanbod binnen de hoofdafdelingen atletiek, loopsport en aangepast sporten. Als tweede hoofdconclusie benadrukken de respondenten dat iedereen welkom is binnen de atletiekvereniging, maar wordt er niet actief iets mee gedaan. Als laatste hoofdconclusie hebben de atletiekverenigingen in dit onderzoek aandacht voor onder andere Frame Running, maar komt er in de verschillende thema’s in de resultaten en analyse hoofdstuk naar voren dat de (somatische) norm er nog is.

Dit onderzoek heeft geleid tot een aantal praktische aanbevelingen aan atletiekverenigingen. Kort samengevat hebben deze betrekking op het oprichten van lokale diversiteit en inclusie klankbordgroepen en het gebruik van rolmodellen om leden die ondervertegenwoordigd zijn binnen een atletiekvereniging zichtbaar te maken.

Als vervolgonderzoek wordt aanbevolen om de normen en onderliggende machtsstructuren binnen atletiekverenigingen verder te onderzoeken. Daarnaast om binnen de drie hoofdafdelingen en het verschillende trainingsaanbod te onderzoeken hoe mensen met verschillende achtergronden en/of beperkingen de sport zouden kunnen beoefenen.