Autologous venous vascular reconstruction compared to non-autologous reconstruction as surgical treatment for vascular infections in vascular chronic Q fever patients
Summary
Tussen 2007-2010 heeft Nederland te maken gehad met de grootste Q-koorts uitbraak wereldwijd. Q-koorts is een infectieziekte veroorzaakt door de bacterie Coxiella burnetii en wordt meestal overgedragen van geiten of schapen op mensen. De meeste personen die in aanraking komen met de bacterie krijgen griepachtige verschijnselen of een longontsteking, waarna de bacterie weer uit het lichaam verdwijnt. Bij een klein gedeelte van de geïnfecteerde mensen (1-5%) kan de bacterie in het lichaam aanwezig blijven. De bacterie gaat dan vaak op een hartklep of de aorta zitten, met name als die persoon door een eerdere operatie al een prothese heeft aan de hartklep of aorta. Als hier sprake van is, noemen we het chronische Q-koorts. Chronische Q-koorts kan ernstige gevolgen hebben. Het kan leiden tot een gescheurde aorta en zelfs tot de dood. In dit onderzoek focussen we op de groep chronische Q-koorts patiënten met een infectie aan de aorta.
Om te voorkomen dat iemand met een geïnfecteerde aorta ernstige complicaties krijgt, behandelen we diegene langdurig met antibiotica. Daarnaast kan je diegene opereren. Momenteel is het alleen niet duidelijk welke operatie het beste werkt; het gebruik van kunstmateriaal of eigen materiaal. Het gebruik van eigen materiaal is een relatief nieuwe methode waarbij ze een ader uit het been omvormen en hier de aorta mee vervangen. Een groot voordeel van eigen materiaal ten opzichte van kunstmateriaal is dat eigen materiaal minder snel opnieuw geïnfecteerd raakt met een bacterie.
In de afgelopen jaren is informatie over alle chronische Q-koorts patiënten in Nederland opgeslagen in de Nationale Chronische Q-koorts Database. Hieruit zijn alle patiënten met een operatie aan een geïnfecteerde aorta of vaatprothese geselecteerd. Daarna is gekeken welk type operatie zij hebben gehad: 27 operaties met eigen materiaal (beenader) en 63 operaties met kunstmateriaal. Deze twee groepen zijn, na correctie, vergeleken door middel van een survival analyse. Hieruit bleek dat personen die een operatie hebben gehad met eigen materiaal minder complicaties hebben en de bacterie beter uit het lichaam verwijderd werd dan bij de personen met kunstmateriaal.
Het is belangrijk om te beseffen dat de patiënten in dit onderzoek niet willekeurig zijn ingedeeld in één van de twee groepen, zoals je het liefst hebt bij het onderzoeken welke behandeling het beste is voor een ziekte. De toenmalig behandelend arts heeft bepaald wat voor type operatie iemand kreeg. Het is dus mogelijk dat artsen met name ziekere en/of oudere patiënten met kunstmateriaal hebben behandeld, terwijl deze groep sowieso vaker complicaties krijgt na een operatie. In deze studie hebben we hier zoveel mogelijk voor geprobeerd te corrigeren. Volledig corrigeren is echter niet mogelijk.
In dit onderzoek concluderen we dat chronische Q-koorts patiënten met een geïnfecteerde aorta het beste geopereerd kunnen worden met eigen materiaal vanuit, mits een patiënt hiervoor in aanmerking komt.