Kunst op sleeptouw. Hoe kunstenaars copen met de diplomatieke opdracht van het internationaal cultuurbeleid
Summary
Ofschoon de betrekkingen tussen Den Haag en Moskou zich al tijden op een dieptepunt bevinden, vertonen Nederlandse kunstenaars hun werk nog altijd met veel genoegen in de Russische Federatie. Via het internationaal cultuurbeleid probeert de Nederlandse regering zulke culturele uitwisselingen te verbinden aan haar buitenlandpolitieke ambities. Door te onderzoeken hoe de kunstenaar zich als gelegenheidsdiplomaat en professional tot deze publieke opdracht verhoudt, beschrijft deze scriptie met welke politieke spanningen en ambtelijke druk de kunstenaar hierbij te maken krijgt. Het onderzoek vangt aan met een filosofie van de culturele diplomatie en werkt vervolgens de samenhang uit van de ambities van de regering, de praktijk van de uitwisseling en de reactie van de kunstenaar. Door tien interviews met in Rusland actieve kunstenaars af te zetten tegen een geschiedenis van het internationaal cultuurbeleid, legt dit onderzoek een kloof bloot tussen ambitie en praktijk. Gaandeweg rijst de vraag of het eigentijdse kunstenaarsperspectief nog wel de meest geschikte toegang biedt van waaruit deze kloof kan worden beschreven. De aanbevelingen zijn gericht op het verzelfstandigen van de uitvoering en op het schrappen van de koppeling van kunst aan buitenlandpolitieke doelen, juist teneinde deze beter te kunnen dienen.