Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorKoonings, C.G.
dc.contributor.advisorVerhallen, T.L
dc.contributor.authorRinkes, I.
dc.contributor.authorJaggoe, R.H.
dc.date.accessioned2021-08-09T18:00:39Z
dc.date.available2021-08-09T18:00:39Z
dc.date.issued2021
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/40703
dc.description.abstract"Wij, Ian Rinkes en Razia Jaggoe, bachelorstudenten van de opleiding Culturele Antropologie aan universiteit Utrecht, hebben een vergelijkend afstudeeronderzoek verricht in twee organisatievormen die werken aan duurzaamheidstransities. Dit heeft betrekking op de Taskforce Korte Keten (TKK), onderzocht vanuit het bedrijf Amped, en de gemeente Rotterdam. Dit veldwerkonderzoek is verricht vanaf januari 2021 tot en met april 2021. Deze periode vond plaats tijdens de COVID-19 pandemie, en de landelijke maatregelen hadden tot gevolg dat gemeente Rotterdam alle werkzaamheden naar het digitale kantoor heeft verplaatst. In het geval van Amped/Local2local werden er maatregelen genomen op kantoor Het voorkomen van schade aan informanten stond centraal in het voorbereiden, verrichten en beschrijven van dit onderzoek. Ter bescherming van beide onderzoekspopulaties hebben wij het doel van dit onderzoek in schrift en woord met hen gedeeld, alvorens wij hen om toestemming hebben gevraagd. De opslag van de verzamelde data is geanonimiseerd en bewaard op onze laptops in versleutelde mappen. Ter voorkoming van schade aan informanten hebben wij in het verslag van dit onderzoek ons uiterste best gedaan om functietitels, specifieke namen van afdelingen en organisaties en andere herleidbare informatie, te herformuleren. Het doel van dit vergelijkende onderzoek was het in kaart brengen van de machtswerking in alledaagse praktijken van een veronderstelde bottom-up organisatiestructuur die werkt aan de voedseltransitie, en een veronderstelde top-down organisatiestructuur die werkt aan de energietransitie. Onze observaties demonstreren echter een onderlinge afhankelijkheid binnen de netwerken van onze respectievelijke organisaties, zowel in een hiërarchische lijn als in een horizontale, die heldere categorisering vertroebelen. De maatschappelijke en wetenschappelijke meerwaarde van dit onderzoek is een - volgens onze transitie literatuur vooralsnog afwezig - sociaal perspectief op veelal technisch beschouwde en grotendeels experimentele transities, die een termijn van tientallen jaren bestrijken en op verschillende niveaus samenlevingen beïnvloeden, gezien de globale verbondenheid van productie, consumptie en distributie. Ian’s veldwerk vond plaats op een centrale locatie van een kleiner netwerk, Amped/Local2local, binnen Taskforce de Korte Keten (TKK), waar in een netwerkstructuur wordt samengewerkt aan kortere voedselketens en regionale voedselsystemen. Door te kijken naar de bredere ecosysteemstructuur van de korte keten-beweging kwamen enorm veel verschillende organisaties en doelen naar voren. Met een focus op Amped en de TKK - maar de perspectieven van andere actoren als Rabobank, LTO of Provincies in acht nemend - is een grove schets van het netwerk gemaakt. Binnen dit netwerk zijn 38 informanten gesproken en twaalf interviews gehouden. Daarnaast zijn van verscheidene organisaties beleidsplannen en strategiedocumenten gelezen. Naast een grove netwerkanalyse is er gekeken naar doelen, motivaties en visies van verschillende actoren. Ten slotte is er een analyse gedaan van impliciete en meer expliciete machtsverhoudingen door de lenzen van taal, kennis, netwerkmacht en uiteindelijk de effecten daarvan op de rol in de voedseltransitie. Razia’s veldwerk vond plaats bij een afdeling overstijgend projectteam van gemeente Rotterdam, waar gewerkt wordt aan een haalbare en betaalbare energietransitie. Doelen met betrekking tot de energietransitie van de gebouwde omgeving zijn op transnationaal niveau vastgesteld, en via de 70 nationale overheid in gebieden gespecificeerd, waar de uitvoering aan gemeenten is gedelegeerd. Door zicht te krijgen op de persoonlijke perspectieven en motivaties van beleidsmedewerkers, en organisatorische cultuurverschillen ontstaat een weergave van hoe wordt gewerkt aan de ongekende transitie van de gebouwde Rotterdamse omgeving. Taal blijkt hierbij een voornaam domein van macht, waar kennis wordt uitgedragen via figuurlijke en expertise jargon, en frames strategisch zijn geconstrueerd voor de lobby van wethouders. Macht in de vorm van de capaciteit om besluiten te nemen, bijvoorbeeld in de uitvoering van gas-vrije pilot-wijken, blijkt echter in de transitiecontext in wisselende mate relationeel, in tegenstelling tot de vanzelfsprekendheid van politieke hiërarchie die deze doelen vaststelt. De comparatieve aard van dit onderzoek waaruit machtswerkingen van een bottom-up organisatiestructuur en een top-down organisatiestructuur opdoemen, kunnen toekomstig onderzoek onderbouwen."
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent898903
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isoen
dc.titlePower in transition
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordstransition;power;food;energy;sustainability
dc.subject.courseuuCulturele antropologie en ontwikkelingssociologie


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record