Een Aristotelische, existentialistische lezing van Albert Camus’ De pest: hoe de roman enerzijds ondergebracht kan worden bij het literair existentialisme en anderzijds in de voetsporen van de klassieke traditie loopt
Summary
In dit literatuuronderzoek wordt de primaire tekst De pest (1947) van Albert Camus gebruikt om aan te tonen dat de literaire stroming het existentialisme in lijn der traditie van de klassieke oudheid staat. Sartres Wat is literatuur geeft inzicht in wat de existentialisten verstaan onder goede literatuur en Aristoteles’ Poëtica vervult die functie voor de klassieke traditie. De bestudering van De pest binnen zowel de eigen contemporaine als de klassieke traditie zal in een vergelijkend hoofdstuk de overlap in visie uiteengezet worden. Sartre ziet engagement als het grote doel van literatuur en dat kan de auteur bij de lezer bereiken door de personages in tekst negatief handelen te tonen in de hoop daarmee de lezer tot juist handelen te bewegen. Katharsis is wat Aristoteles verstaat onder wat literatuur moet bereiken. Het opwekken van phobos en eleos (=overweldigende angst en medelijden) bij de lezer door lijden en ongeluk bij de personages te tonen moet een emotionele reiniging bij lezer bewerkstelligen om daarmee bewogen te worden tot goed handelen. Dat de termen engagement en katharsis op vergelijkbare wijze bereikt worden maakt dat de termen min of meer inwisselbaar zijn.