Mevrouw Klein: Een heel lief konijn vanuit de Animal Studies geïnterpreteerd
Summary
In dit interpretatief jeugdliterair onderzoek heb ik het prentenboek Een heel lief konijn van Imme Dros (1936) en Jaap Lamberton (1946) geïnterpreteerd vanuit de Animal Studies. De concepten uit de Animal Studies die ik hierbij heb gebruikt, zijn self-narrotolgy beyond the human van David Herman en ahuman abolition
van Patricia MacCormack. Om de tekst-beeldrelaties te duiden heb ik gebruikgemaakt van concepten van Perry Nodelman, Maria Nikolajeva en Carole Scott. In mijn tekstanalyse beschrijf ik hoe mevrouw Klein haar self-narrative herschrijft als ze ontdekt dat ze een konijnenstaart heeft en twee konijnenoren. Uit mijn semiotische analyse van de illustraties blijkt dat alle figuren in het boek zodanig geabstraheerd zijn dat de grenzen tussen mens en niet-menselijk dier vervagen. Tekst en beeld zetten in hun relatie elkaar op losse schroeven, waarmee het boek de interpretatie toeslaat dat mevrouw en meneer Klein niet zozeer een gedaanteverwisseling zijn ondergaan maar veeleer een ideologische ontwikkeling doormaken. Een ontwikkeling die past bij MacCormacks concept ahuman abolition.