De relatie tussen straffen, groepsidentificatie en coöperatie
Summary
Wat is de relatie tussen gestraft worden, groepsidentificatie en coöperatie, in een sociaal dilemma? Er is binnen sociale dilemma’s al vaker gekeken naar hoe straffen impact heeft op groepsidentificatie. Er mist echter vaak nog een kijk op de invloed die straffen heeft op de subjectievere gevoelens zoals groepsidentificatie. De eerste hypothese is dan ook: in sociale dilemma’s heeft het ontvangen van straf gemiddeld een negatieve relatie met groepsidentificatie. Omdat de literatuur in de richting wijst van een non-lineair verband is er een tweede deel opgenomen in deze hypothese: De negatieve relatie tussen de ontvangen straf en groepsidentificatie is sterker bij hogere ontvangen straf. Om vervolgens te kijken hoe deze groepsidentificatie invloed heeft op de ontwikkeling van het sociale dilemma is er een tweede hypothese toegevoegd: Hogere groepsidentificatie hangt samen met een hogere groepscoöperatie. Het eerste deel van de hypothese bleek te kloppen. Straffen zorgt voor een vermindering van groepsidentificatie. De vorm waarin dit verband zich verhoudt is echter anders dan verwacht. Er is inderdaad een non-lineair verband maar dit verband is juist vooral sterk bij de eerste straf en neemt daarna af. Voor de tweede hypothese vonden we geen bewijs. Negatievere groepsidentificatie bleek ook een negatief effect te hebben op coöperatie. Voor gebruik in beleid zou het advies dus kunnen zijn om minder te focussen op straffen van norm-deviant gedrag en juist een focus te leggen op processen die zorgen voor hogere groepsidentificatie.