Begrijpelijk argumenteren in vonnissen
Summary
In deze scriptie heb ik onderzoek gedaan naar het effect van stelling- en argumentvolgorde op de begrijpelijkheid van vonnissen. Dit onderzoek vloeit voort uit de roep om begrijpelijke vonnissen. Onderzoek laat zien dat veranderingen op stilistisch niveau niet voldoende zijn (Van der Schaaf & Malsch, 2015). Daarom is dit onderzoek gericht op het structurele niveau van vonnissen. De hoofdvraag van deze scriptie Is een stelling-eerst volgorde in vonnissen begrijpelijker dan een argument-eerst volgorde? vloeit voort uit het gegeven dat rechters in hun vonnissen vaak bottom-up redeneren (zij noemen eerst hun argumenten en daarna hun stelling), terwijl uit een onderzoek van Brit en Larson (2003) blijkt dat argumentatieve teksten met een stelling voorop makkelijker te verwerken zijn, en dus begrijpelijker zijn, dan teksten met de argumenten voorop. Door middel van een online vragenlijst met delen van vonnissen is onderzocht of de leestijd van de teksten en de reproductie van argumenten en stellingen afhankelijk was van de stelling- en argumentvolgorde. De resultaten lieten zien dat dit niet het geval is. Aangezien dit het eerste onderzoek op dit gebied is, wordt ook kritisch naar de gebruikte methode gekeken. De participanten scoorden erg hoog op de reproductietest en om die reden worden in de discussie andere methoden aangedragen voor vervolgonderzoek.