De lengte van vertaling en origineel in Duits-Nederlandse en Nederlands-Duitse vertaalrichting: Analyse van een bidirectioneel parallelcorpus van juridische teksten en verhalend proza
Summary
Het idee dat vertalingen gewoonlijk langer zijn dat het origineel, kent onder vertaalwetenschappers weinig tegenstanders. Desondanks is het niet onomstreden. Zo is het idee tot dusver niet systematisch onderzocht. Bovendien lijkt het op voorhand aannemelijker dat de lengte van vertalingen wordt beïnvloed door taal- en/of tekstgebonden factoren. Op grond van deze overwegingen stelde ik mij ten doel de lengte van vertalingen nader te onderzoeken. Tevens wilde ik nagaan of de lengte van vertalingen was geassocieerd met taalkundige eigenschappen of genre (fictie vs. non-fictie).
Het onderzoek richtte zich op het talenpaar Duits-Nederlands. A priori werden drie taalkundige eigenschappen geselecteerd die relevant zijn voor dit talenpaar: samenvoegingen van voorzetsel en lidwoord, gebruik van genitiefvormen en vorming van samenstellingen. Daarnaast werd een fictie- en non-fictiegenre geselecteerd (verhalend proza resp. juridische teksten). Ten slotte werd voor de beantwoording van de onderzoeksvragen een bidirectioneel parallelcorpus samengesteld (fictie/non-fictie: 50/50; totaal: 255.240 woorden, 6.000 segmenten brontekst, 6.000 segmenten doeltekst; alle teksten gepubliceerd tussen 1981 en 2015).
Bij de analyse werd vastgesteld dat vertalingen van het Duits naar het Nederlands langer waren dan het origineel: gemiddeld 8% (fictie) en 9% (non-fictie). Vertalingen van het Nederlands naar het Duits waren korter: gemiddeld 5% (fictie) en 8% (non-fictie). Het verschil in lengte was geassocieerd met elk van de drie onderzochte taalkundige eigenschappen. In de Duits-Nederlandse vertaalrichting was de frequentie van deze eigenschappen het hoogst in de segmenten die het sterkst in lengte toenamen. In de Nederlands-Duitse vertaalrichting was de frequentie het hoogst in de segmenten die het sterkst in lengte afnamen. In alle gevallen was het verband echter zwak (correlatiecoëfficiënt (absoluut) tussen 0,11 en 0,33; p < 0,001). De resultaten waren vergelijkbaar voor fictie- en non-fictieteksten.
Het idee dat vertalingen gewoonlijk langer zijn dan het origineel, moet op grond van deze resultaten worden verworpen. De resultaten ondersteunen de hypothese dat het verschil in lengte tussen vertaling en origineel afhankelijk is van de taalkundige eigenschappen van de betreffende bron- en doeltaal.