Race tegen de klok. Representatie door middel van tijd in Dunkirk (2017).
Summary
In bestaande representaties van de evacuatie uit Duinkerke op 10 mei 1940 wordt de hoge tijdsdruk gedurende de evacuatie beschouwd als een vanzelfsprekend gegeven dat niet wordt benadrukt. In de film Dunkirk (Christopher Nolan, 2017) staat deze tijdsdruk wel centraal. Dunkirk vertelt het verhaal van soldaten, burgers en piloten tijdens de evacuatie vanuit drie verschillende perspectieven. Elk perspectief heeft eigen personages, een eigen locatie en een eigen tijdsduur. Aan de hand van de complexe tijdsconstructie van de narratieve vorm is geanalyseerd hoe de evacuatie in de film wordt gerepresenteerd. Dit is geplaatst in de context van puzzelfilms, oorlogsfilms, historische films en Nolans oeuvre. De neoformalistische benadering van Kristin Thompson vormde het uitgangspunt van de analyse. Zij beargumenteert dat de methode moet worden gevormd aan de hand van de vragen die de film oproept, in plaats van andersom. De zevende sequentie, waarin een schip wordt gebombardeerd die op weg was naar Engeland, staat in de analyse centraal. De tijdsconstructie in deze sequentie is geanalyseerd aan de hand van de drie aspecten van tijd van David Bordwell: volgorde, frequentie en duur. Doordat het plot speelt met de volgorde en frequentie wordt suspense gecreëerd. De korte duur in combinatie met andere filmtechnieken draagt bij aan een gevoel van onrust, angst, tijdsdruk en machteloosheid. De nadruk komt daardoor te liggen op de psychologische ervaringen van de soldaten tijdens de evacuatie. In een scène wordt dit patroon doorbroken. Een groot aantal bootjes uit Engeland symboliseert nieuwe hoop in een tijd waarin alle hoop verdwenen leek te zijn. Nolan geeft de kijker door dit ‘puzzelen’ met de tijdsconstructie inzicht in de psychologische ervaringen van de personages. Hierdoor laat hij zien dat tijd fungeerde als vriend en vijand.