Geoperspectief in de krant: Gebruik van geografische kennisstructuren in berichtgeving over Brexit
Summary
Volgens de geografie moet je om inzicht te verkrijgen in verschijnselen in de wereld oog hebben voor plaats en ruimte. Gebied, mens en natuur zijn geen opzichzelf staande begrippen maar moeten vanuit hun onderlinge verbanden worden beschouwd en doorgrond. Deze geografische blik op de wereld noemen we hier een een geoperspectief. De journalistiek is een beroepsvorm die verslag legt van wat er gebeurt in de wereld. Daarmee informeren ze hun lezerspubliek. Zij zijn in die zin belangrijke producenten van geografische kennis. Journalisten produceren deze kennis onder tijdsdruk, in een beperkt aantal woorden en voor een specifiek lezerspubliek. In deze scriptie wordt onderzocht in hoeverre er in Nederlandse kranten sprake is van een geoperspectief.
Een geoperspectief is geen eenzijdig truucje maar bestaat uit een uitgebreide gereedschapskist waar onder andere cartografische vaardigheden, conceptuele kaders over processen in tijd/ruimte, kennis over regio's en een holistische aanpak onderdeel van zijn. Om de mate van geoperspectief te meten, is in dit onderzoek gekozen om naar één aspect te kijken: het gebruik van toponiemen. Hoewel het niet precies bekend is op welke manieren een geoperspectief tekstueel tot uitdrukking kan komen, is het een gegeven dat plaatsnamen een belangrijke rol spelen in het overdragen van geografische kennis. Het voordeel van toponiemen is dat ze met behulp van named entity recognition (een vorm van natural language processing) geautomatiseerd te herkennen zijn. Dagbladen produceren grote hoeveelheden tekst en op deze manier is dat volume op een consistente en relatief efficiënte wijze te verwerken.
Voor dit onderzoek is gekeken naar het gebruik van toponiemen in de berichtgeving over Brexit in het jaar 2017 bij twee kwaliteitskranten (Trouw en de Volkskrant), een populaire krant (Telegraaf) en een regionale krant (Leeuwarder Courant). De toponiemen zijn verdeeld in de volgende categorieën: landen, wereldsteden, Britse steden, Nederlandse steden en Friese steden. Vervolgens zijn per categorie en krant twee aspecten bekeken: met welke frequentie komen de toponiemen voor in het totale volume tekst dat een krant produceert en met welke frequentie verschijnen er artikelen in de krant waarin de toponiemen voorkomen. Daarnaast is de spreiding van de genoemde plaatsen in kaart gebracht.
Uit deze analyse blijkt dat kwaliteitskranten meer unieke toponiemen gebruiken en daar ook vaker naar verwijzen dan de andere kranten. Zij laten dus de grootste geografische spreiding zien. Op grond hiervan is te beargumenteren dat kwaliteitskranten vanuit een geoperspectief schrijven dan de andere kranten. Wel zien we binnen de berichtgeving over de Brexit bij alle kranten een zeer onevenwichtige verdeling. De steden Londen, Brussel en Amsterdam en de landen Nederland en het Verenigd Koninkrijk zijn verreweg de meest dominante kernen. De Telegraaf lijkt sterker op Nederland georiënteerd te zijn dan de andere kranten. De Leeuwarder Courant laat een duidelijke mate van localisatie in de eigen regio zien. De op toponiemen gerichte methode kan enkele aspecten over de geografische inhoud van kranten duidelijk belichten. Maar meer onderzoek is nodig om een beter beeld te krijgen van hoe toponiemengebruik in kranten zich verhoudt tot een geoperspectief.