View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Het doen van aangifte en het ondergaan van een medisch onderzoek na eenmalig seksueel geweld

        View/Open
        Bebber 3053202 & Verwij 3056759.pdf (693.1Kb)
        Publication date
        2009
        Author
        Bebber, A. van
        Verweij, T.
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        Dit onderzoek richt zich op het detecteren van individuele en situationele verschillen ten tijde van een eenmalige verkrachting, en de mate waarin depressie- en posttraumatische stressklachten ervaren worden. Slachtoffers werden ingedeeld in vier groepen naar het wel of niet doen van aangifte en/of het wel of niet ondergaan van een medisch. Er werd zodoende getracht een duidelijker beeld te schetsen van de groep slachtoffers die wel formele hulp zoekt en de groep slachtoffers die deze hulp niet zoekt. De onderzoekspopulatie bestond uit 139 adolescente meisjes die een eenmalige verkrachting hebben meegemaakt. Binnen dit retrospectieve semikwalitatieve onderzoek werden de gegevens betreffende de verschillende kenmerken en klachten verzameld middels een klinisch interview en de zelfrapportage vragenlijsten TSCC, CBCL-YSR en CBCL-PRF. Ter aanvulling zijn er een interviews afgenomen bij politie en arts. Significante verschillen tussen de vier groepen werden gevonden op de variabelen ‘bekendheid van de dader’, ‘relatie tussen dader en slachtoffer’, ‘de periode sinds seksueel geweld en de aanmelding van behandeling’ en ‘type penetratie’. Een opvallende bevinding was dat er geen verschillen werden gevonden op klachten. Geconcludeerd werd dat voornamelijk de ouders het initiatief nemen in het zoeken naar formele hulpbronnen, negatieve sociale reacties nog steeds ervaren worden met name wanneer situatie niet op een stereotype verkrachting lijkt, er na een orale verkrachting minder vaak een medisch onderzoek ondergaan wordt en meisjes die een intieme relatie met de dader hebben zowel juridische als medische hulp vermijden. Naar aanleiding van deze bevindingen zijn aanbevelingen gedaan voor zowel psychologische, juridische en medische hulpverlening.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/3764
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo