‘Ras’ volgens een 19e -eeuwse abolitionist: De raciale ideeën in het boek Slaven en vrijen onder de Nederlandsche wet van W.R. Van Hoëvell in zijn 19e-eeuwse context
Summary
In dit onderzoek beargumenteert Riezebos dat de Nederlandse politicus Wolter Robert baron Van Hoëvell (1812- 1879) een voor zijn tijd uniek beeld over ras schetst in zijn anti-slavernij boek ‘Slaven en vrijen onder de Nederlandsche wet’. Dit doet hij door middel van een vergelijkend onderzoek tussen heersende rassentheorieën in de 19e eeuw en passages over ras(sen) in het werk van Van Hoëvell. Het onderzoek kan gezien worden als een casus van rasdenken onder Nederlandse abolitionisten in de 19e eeuw.
Van Hoëvell maakt gebruik van een andere rassenhiërarchie waarbij het Ethiopische ras hoger staat dan de andere niet-Europese rassen. Beïnvloed door een opkomende humanitaire stroming in begin 19e eeuw beweert Van Hoëvell dat het Ethiopische ras zich onder invloed van het Europese ras kan ontwikkelen en dus geen permanente culturele eigenschappen bezit. Deze ideeën over de positie en ontwikkeling van rassen verschillen zeer van de heersende rassentheorieën onder wetenschappers in begin 19e eeuw, zoals de theorieën van Blumenbach, Linnaeus, Nott & Gliddon en De Gobineau.