Nieuwe buren en een baan?
Summary
In veel gemeenten in Nederland wordt er fysiek beleid gevoerd om de bevolkingssamenstelling van bepaalde wijken meer te mengen. Het gaat hier vaak om wijken waar veel kansarme niet-westerse allochtonen geconcentreerd wonen. Eén van de redenen hiervoor is het scheppen van economische kansen. In dit onderzoek is aan de hand van een literatuuronderzoek onderzocht in hoeverre dit, soms ingrijpende, fysieke beleid de economische integratie van niet-westerse allochtonen in concentratiewijken daadwerkelijk kan bevorderen. Het onderzoek laat een gemengd beeld zien. Contact met autochtone buren kan lovend zijn voor het leren van de Nederlandse taal en het aanleren van Nederlandse omgangsvormen. Ook zijn er tekenen dat autochtonen als voorbeeld kunnen fungeren. Aan de andere kant echter blijkt dat juist concentratiewijken voordelen kunnen bieden voor etnische ondernemers. Ook blijken de assumpties van het beleid amper gestaafd: kansrijke autochtonen en kansarme allochtonen hebben amper contact in de wijk en de wijk speelt geen belangrijke rol in het leven van mensen. Het menselijk kapitaal blijkt daarnaast veel belangrijker te zijn voor de economische kansen. Daarnaast zijn er interviews gehouden met gemeenteraadsleden uit Utrecht. Daaruit bleek dat de meeste politici onrealistisch hoge verwachtingen hadden van het fysiek beleid.