De opmerkingsgave van Huizinga, Tollebeek en Ankersmit bij de betekenisgeving aan de historische sensatie. Een persoonsgerichte analyse van kentheorie, historisering en emotie
Summary
Deze scriptie pleit voor het onderkennen van de rol die de opmerkingsgave vervult. Laatstgenoemde fungeert als analytisch sleutelbegrip en betreft een specificatie van het subjectieve element dat altijd de auteur in zijn narratief tegenwoordig stelt. Relevantie en urgentie van dit fenomeen komt met de onmogelijkheid de intrinsieke betekenis van het verleden te kennen en sluitende narratieven op te stellen. Historici handelen daarbij onvoldoende naar de beperkte zeggingskracht van hun subjectieve narratieven en doen daarmee de geschiedwetenschap schade. Kansen liggen bij de opmerkingsgave; haar aanwezigheid wordt geduid bij drie auteurs: Huizinga, Tollebeek en Ankersmit. Met als leidraad de emotie die altijd naast de ratio bestaat, worden hun conceptualisaties van de historische sensatie(s) ontleed op basis van kentheorie, historisering en emotionele betekenis. Opgespoorde gaten in de kentheorie tonen de onbereikbaarheid van het verleden aan, andere betekenislagen weergeven door vergelijkend onderzoek een doorwerking van de auteurs’ rationele en gevoelsmatige overtuigingen. Voor het najagen van extrinsieke betekenissen en integer gebruik van de opmerkingsgave wordt opgeroepen meer wetenschappelijke aandacht te schenken aan de onbereikbaarheid van het verleden die zowel begin- als eindpunt van de historische zoektocht vormt.