EXPLOSIE EN VEERKRACHT IN LEIDEN: Een analyse van het herstel van de stad Leiden na de buskruitramp in 1807.
Summary
Het was 12 januari 1807 toen er een schip vol met buskruit ontplofte in de gracht Het Steenschuur in Leiden, waardoor een-zesde deel van de stad directe schade leed. De ontploffing was te midden van een armere en een rijkere wijk van de stad. In dit werkstuk wordt gekeken naar de wijze waarop het lokale bestuur in Leiden bijdroeg aan de wederopbouw na de buskruitramp. Deze wederopbouw is van belang doordat het inzicht kan geven in de herstelcapaciteiten van een samenleving en verdeling van welvaart na een ramp. Belangrijke componenten in de herstel na een ramp zijn de veerkracht en kwetsbaarheid van een gemeenschap. In dit onderzoek naar herstel wordt er ten eerste gekeken naar de aspecten Redundancy, Robustness en Rapidity. Door dit onderzoek met behulp van archiefbronnen wordt duidelijk dat er snel is bijgedragen aan het voorzien van basisbehoeftes zoals voedsel, dat alternatieve instituties zijn ingezet en dat er hulp is gekomen van koning Lodewijk Napoleon. Ten tweede is er gekeken naar de verdeling van schadevergoedingen in de stad, en het lange termijn herstel van de twee wijken. Zowel de armere als rijkere klassen hebben schadevergoedingen gekregen. Mensen uit de armste klasse van de samenleving kregen 100% vergoed; rijkere klassen ontvingen een lager percentage. Wat echter uit dit onderzoek blijkt is dat door de methodiek van berekenen en toekennen, de rijkste vierhonderd mensen meer dan de helft van het beschikbare geld voor de schadevergoeding hebben ontvangen. De uitgekeerde schadevergoeding heeft dus de armere mensen wel geholpen, maar dit heeft uiteindelijk niet bijgedragen aan een vermindering van ongelijkheid tussen de armere en rijkere wijk. Dit laat zien dat er weliswaar hulp was voor de armeren, maar dat ongelijkheid in klassen bleef bestaan.