Van hulpbron of obstakel naar maatschappelijke participatie
Summary
Vrouwen uit etnische minderheidsgroepen zijn ondervertegenwoordig in maatschappelijke participatie. Vrouwenemancipatiecentrum Vrouw en Vaart laat zien dat een aantal van deze vrouwen maatschappelijk participeert. Desondanks wordt er een groep nog niet bereikt. Voorgaande studies laten zien dat verbondenheid, sociaal netwerk en beperkte Nederlandse taalbeheersing zorgen voor het niet maatschappelijk participeren. Dit onderzoek richt zich op welke beweegredenen vrouwen uit etnische minderheidsgroepen hebben om maatschappelijk te participeren en welke hulpbronnen en obstakels zij in dit proces tegenkomen. Er zijn twintig semi-gestructueerde interviews gehouden met vrouwen uit etnische minderheidsgroepen tussen de 29-65 jaar. Uit het onderzoek kwam naar voren dat een opstapje naar de arbeidsmarkt, zichzelf nuttig willen voelen, nieuwe sociale contacten opdoen structuur en gezondheid motiverende factoren zijn om maatschappelijk te participeren. Sociaal netwerk, taal, media, onderwijs en waardering krijgen zijn de ervarende hulpbronnen van de respondenten. Te verre afstand, geen tijd en zin hebben, slechte gezondheid, niet weten wat er in de buurt is, niet weten hoe vrijwilligerswerk aan te pakken en opvoeding van de ouders zijn de ervarende obstakels om maatschappelijk te participeren. Identiteit, niet-westerse religie en cultuur en financiële kwesties laten gemixte resultaten zien. Om vrouwen die nu nog niet maatschappelijk participeren te bereiken moet er meer ingezet worden op vrijwilligers en deelnemers van Vrouw en Vaart die dezelfde etnische achtergrond hebben, de eigen kinderen en de moskee.