Detecteren van koorts bij de hematologische patiënt in de neutropene fase
Summary
Aanleiding. Koorts is het belangrijkste symptoom van infectie bij de hematologische patiënt in de neutropene fase. Door de neutropenie kan een onbehandelde infectie zich snel uitbreiden met sepsis of zelfs overlijden tot gevolg. Het is daarom van belang dat de verpleegkundige koorts tijdig signaleert en direct start met adequate antibioticabehandeling. Doel. Inzicht krijgen in welke periode de neutropene patiënt het meeste risico loopt op een infectie. Daarnaast onderzoeken of een relatie gelegd kan worden tussen de vitale functies en de lichaamstemperatuur. Methode. Retrospectief correlationeel onderzoek werd uitgevoerd middels dossieronderzoek en een registratielijst. Verpleegkundigen op de afdeling hematologie werden gevraagd om gedurende het jaar 2008 een registratielijst in te vullen van de vitale functies op het moment dat zij koorts detecteerden. Data-analyse werd uitgevoerd middels beschrijvende statistiek en correlatieanalyse. Resultaten. Er zijn 156 registratielijsten ingevuld waarvan 94 bruikbaar voor dit onderzoek. Van de 94 patiënten heeft 70% een stamceltransplantatie ondergaan. Koorts werd bij 51% van 92 patiënten ’s avonds en bij 29% ’s nachts gedetecteerd. Van de patiënten die een autologe stamceltransplantatie kregen ontwikkelde 59% koorts tussen dag 7 en 9 na transplantatie. Een zwak positief verband (r = 0,265, p = 0,010) werd geconstateerd tussen de lichaamstemperatuur en hartslag. Conclusie. Koorts werd vooral ’s avonds en ’s nachts gedetecteerd. Hieruit blijkt dat nachtelijke controles van vitaal belang zijn. Een patroon is met name ontdekt in het ontwikkelen van koorts tijdens autologe stamceltransplantatie. Hierop kan definiëring van de risicoperiode en het beleid voor monitoring van vitale functies voor deze patiëntencategorie worden aangescherpt. De lichaamstemperatuur laat naast de hartslag geen verband zien met de overige vitale functies. Aanbeveling. Longitudinaal prospectief onderzoek per behandeling is nodig om de risicoperiode van het ontwikkelen van een infectie in de neutropene fase goed in kaart te brengen.