Gender en de leeslijst
Summary
Samenvatting Gender en de Leeslijst
In dit onderzoek wordt een antwoord gezocht op de vraag welke invloed middelbare scholen middels hun literatuuraanbod uitoefenen op de verhouding van mannelijke en vrouwelijke auteurs die door scholieren uit vwo 6 wordt gelezen.
Er is gekeken naar hoe vijf scholen uit de omgeving Utrecht literatuur aanbieden (of er een leeslijst is, zo ja, hoeveel mannelijke en vrouwelijke auteurs er op die leeslijst staan). Er is ook gekeken naar de periodes waaruit de boeken kwamen, omdat meer canon aanbieden zou kunnen leiden tot meer werk van mannen op de leeslijst. Eén van de scholen werkt met Lezenvoordelijst, een internetsite die een leeslijst aanbiedt per leesniveau. Ook die lijsten zijn geanalyseerd.
Vervolgens is er gekeken naar wat welke leerlingen lezen. Er is berekend welk percentage leerlingen een boek van een vrouw leest, hoeveel canoniek werk en hoeveel nieuw werk er is gelezen en ook of er een verschil is in het percentage gelezen vrouwen tussen vrouwelijke en mannelijke leerlingen.
Er zijn een aantal opvallende resultaten. Allereerst lijkt het percentage vrouwen op de lijst invloed te hebben op het percentage gelezen vrouwen. Voor de opdracht over een boek van de lijst met het hoogste percentage vrouwen (40%), werd duidelijk het hoogste percentage boeken van vrouwen gelezen (48%).
Verder blijkt veel recent werk op de lijst zetten geen garantie voor veel vrouwen op de lijst. De school met het meeste recente werk had maar 25% vrouwen op de lijst. Meer recent werk leidde op een school met twee lijsten (één oud, één recent) en op Lezenvoordelijst (verschillende lijsten voor verschillende niveaus, dus ook verschillende hoeveelheden recent werk) wel tot meer werk van vrouwen op de lijst. Omgekeerd zien we nooit een hoog percentage vrouwen bij de canonieke gedeeltes van de lijst. Er was 1 school die zonder lijst werkte en die school had het laagste percentage gelezen vrouwen. Tenslotte werd duidelijk dat vrouwen op de onderzochte scholen vaker een vrouw lezen dan mannen. Dat verschil is op twee van de drie scholen waar het geslacht van de lezers bekend was significant.
Meer vrouwelijke auteurs op de lijst levert meer gelezen werk van vrouwen op. Om gelijkwaardigheid van de mannelijke en vrouwelijke auteur te bereiken, zouden de percentages werk van mannen en vrouwen op de leeslijst dus evenredig moeten zijn. Dat is op de onderzochte scholen nog niet overal het geval. Aandacht voor de vrouw op de leeslijst blijft dus belangrijk. Veel recent werk op een lijst is geen garantie voor veel vrouwen op de lijst, maar veel vrouwen op de lijst lijkt wel gemakkelijker te bewerkstelligen via recent werk dan via canoniek werk. Wellicht kan een richtlijn voor een percentage werk van vrouwen op de lijst, gegeven door het College van Toetsen en Examens, helpen bij een evenredige verdeling. Het lezen van werk van vrouwen onder jongens verdient bijzondere aandacht, omdat die daarbij behoorlijk achter lijken te lopen op meisjes.