‘Cheers mate!’ Een onderzoek naar categorisaties van Britten en Nederlanders in Erasmusblogs over de uitgaanscultuur in Nederland en het Verenigd Koninkrijk.
Summary
Hoe categoriseren Nederlanders en Britten elkaar als ze schrijven over het uitgaansleven? Er wordt in dit onderzoek geanalyseerd welke linguïstische sociale categorisaties Nederlandse Erasmusstudenten aan Britten toeschrijven en welke linguïstische sociale categorisaties Britse Erasmusstudenten aan Nederlanders toeschrijven in Erasmusblogs. Om dit te onderzoeken zijn 81 categorisaties van 20 Erasmusblogs verzameld. Er wordt gebruik gemaakt van het categorisatiemodel van Day (2006) om te bekijken welke linguïstische sociale categorisaties Nederlandse en Britse Erasmusstudenten aan elkaar toeschrijven in Erasmusblogs. Het categorisatiemodel van Day (2006) omvat referring expressions, waarin de andere groep genoemd wordt, ascriptive predications, waarin de andere groep ook nog een kenmerk wordt toegeschreven en equative predications, waarin een kenmerk van de andere groep vergeleken wordt met een kenmerk van de eigen groep. Het onderzoek is uitgebreid door een aantal categorieën toe te voegen. Bij equative predications wordt ook beoordeeld of er sprake is van etnocentrisme. Daarnaast is er een categorie toegevoegd voor zelfcategorisatie, waarin de schrijver de eigen groep categoriseert. De belangrijkste resultaten zijn dat Nederlanders meer gebruik maken van ascriptive predications terwijl Britten meer gebruik maken van equative predications. Daarnaast worden er andere kenmerken toegeschreven aan elkaar. Nederlanders kenmerken de Brit veelvoudig als hevige drinker. Britten kenmerken zichzelf als grotere drinker of vinden de eigen drinkgewoonte vergelijkbaar aan de Nederlandse, maar zij schrijven hier niet veel over. Daarnaast kenmerken Nederlanders de Britse vrouw frequent als uitdagend gekleed. Britten hebben het beduidend minder over de kleedgewoonten van de Nederlandse vrouw. Zij vinden de Nederlandse vrouw bescheiden gekleed ten opzichte van de eigen gewoonte. Vervolgonderzoek kan uitwijzen of met een ander corpus dezelfde resultaten verkregen worden.