Onderzoek naar verschillen in psychiatrische problematiek, zorgbehoeften en kwaliteit van leven tussen autochtone en allochtone cliënten
Summary
Inleiding. Een belangrijke uitkomstmaat bij de behandeling van mensen met schizofrenie is de kwaliteit van leven. Factoren die een sterke invloed hebben op de kwaliteit van leven zijn onder andere psychiatrische symptomen en onvervulde zorgbehoeften. Ook tevredenheid met de behandeling speelt een belangrijke rol. In dit onderzoek wordt nagegaan of er verschillen bestaan in de psychiatrische problematiek, zorgbehoeften en kwaliteit van leven tussen autochtone en allochtone mensen met schizofrenie of een aanverwante psychotische stoornis.
Methoden. De deelnemers aan dit onderzoek bestaan uit cliënten van de geestelijke gezondheidsinstelling (GGZ) Altrecht en zijn alle gediagnosticeerd met schizofrenie of aanverwante psychotische stoornis. Het gaat om 121 autochtone cliënten en 106 allochtone cliënten. In het kader van de Zorgmonitor van Altrecht zijn bij de cliënten de Camberwell Assessment of Need Short Appraisal Schedule (CANSAS), Manchester Short Assessment of Quality of Life (MANSA) en Quality of Care (QoC) afgenomen. De CANSAS is tevens afgenomen bij de hulpverlener tezamen met de Health of the Nation Outcome Scales (HoNOS).
Resultaten. De autochtone en allochtone groep verschillen niet significant van elkaar in psychiatrische problematiek zoals gemeten met de HoNOS noch in het totale aantal zorgbehoeften, het aantal vervulde zorgbehoeften en het aantal onvervulde zorgbehoeften zoals gemeten met de CANSAS noch in de kwaliteit van leven zoals gemeten met de MANSA. Op itemniveau van de CANSAS hadden allochtone cliënten meer vervulde zorgbehoeften op de gebieden zorg voor kinderen en geld, evenals meer vervulde en onvervulde zorgbehoeften op het gebied elementair onderwijs, terwijl autochtone cliënten meer vervulde zorgbehoeften hadden op het gebied van informatie over de behandeling. Op itemniveau van de MANSA bleek dat allochtone cliënten minder tevreden waren met hun lichamelijke gezondheid en hun persoonlijke veiligheid dan autochtone cliënten. Post hoc analyses binnen de groep niet-Europese allochtonen lieten enkel zien dat meer Turken en Marokkanen een onvervulde zorgbehoefte hadden op het gebied van geld dan Surinamers en Antillianen en mensen met een andere niet-Europese achtergrond.
Conclusie. Er zijn nauwelijks significante verschillen gevonden tussen de autochtone en allochtone cliënten met schizofrenie of een aanverwante psychotische stoornis in de psychiatrische problematiek, zorgbehoeften en kwaliteit van leven. Beide groepen geven relatief relatie weinig psychiatrische problematiek, relatief veel psychiatrische symptomen, relatief weinig onvervulde zorgbehoeften en een relatief hoge kwaliteit van leven aan.