De leerkracht maakt het verschil: een onderzoek naar hoe leerkrachten in de klas met de lesmethode Tekster omgaan
Summary
In 2010 constateerde de Inspectie van het Onderwijs dat de schrijfprestaties van leerlingen op de basisschool onder het gewenste niveau liggen. Eveneens blijken de lesmethodes voor het schrijfonderwijs op basisscholen ook niet effectief te zijn. Dit vormde de aanleiding voor het project: “De verbetering van schrijfvaardigheid van leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs”. Binnen dit project is Tekster ontwikkeld. Tekster is een lesmethode voor schrijfvaardigheid voor de groepen 6, 7 en 8. In het huidige onderzoek is gekeken naar de manier waarop leerkrachten in de klas met de lesmethode omgaan en in hoeverre leerkrachten zich aan de richtlijnen van de methode houden. Om een beeld te krijgen van de manier waarop leerkrachten met de methode omgaan, werden drie leerkrachten van een klas geobserveerd. Daarnaast ontvingen de leerkrachten een vragenlijst met als doel de ervaringen en meningen van de leerkrachten over de methode en de schrijfles te achterhalen. Uit de observaties en de vragenlijsten is gekomen dat de leerkrachten zich onvoldoende houden aan de richtlijnen van de lesmethode. Voornamelijk wat betreft de werkzame ingrediënten van de lesmethode Tekster schieten de leerkrachten te kort: ze passen geen leerkracht-modeling toe en ze noemen niet altijd expliciet één of meerdere stappen uit het acroniem met daarbij een verwijzing naar het acroniem. Dit heeft gevolgen voor de kwaliteit van de schrijflessen en de effectiviteit van de methode.