Negatie in silent gesture
Summary
Talen kennen verschillende manieren om negatie uit te drukken. Bij talen die negatie als los constituent markeren, komt de negatie meestal voor (preverbaal) of na het werkwoord (postverbaal). Mensen die zelf een tweede taal leren lijken door een fase te gaan waarin ze preverbale negatie gebruiken. Deze voorkeur voor preverbale negatie kan in termen van Optimality Theory worden beschreven, waarbij pragmatische principes de structuur in de output bepalen. De resultaten uit onderzoek naar negatie in L2 hebben interessante consequenties voor het belang van semantiek in de taalevolutie. De voorkeur voor preverbale negatie wordt daarom in dit onderzoek in een pilot getest in een geïmproviseerde-gebarentaak, een methode zonder linguïstische conventies. Proefpersonen moeten een actie op een plaatje met een negatieve context uitbeelden. Hierbij kan de negatie op verschillende plekken in de uiting komen te staan, maar preverbale negatie wordt verwacht. Uit het onderzoek blijkt echter geen enkele voorkeur voor de positie van negatie. Wel blijkt dat de proefpersonen zich mogelijk in een ander stadium bevinden dan gedacht, en dat proefpersonen negatie vaak herhalen in de uiting. Zo levert deze pilot veel aanknopingspunten op voor vervolgonderzoek naar negatie in silent gesture.