View Item 
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        •   Utrecht University Student Theses Repository Home
        • UU Theses Repository
        • Theses
        • View Item
        JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

        Browse

        All of UU Student Theses RepositoryBy Issue DateAuthorsTitlesSubjectsThis CollectionBy Issue DateAuthorsTitlesSubjects

        Betrouwbaarheid en validiteit van de ZALC in een populatie van mensen met een cognitieve beperking (licht verstandelijk beperkt en zwakbegaafd)

        View/Open
        Masterthesis Rijswoud, L.G.M.van- 3043789.pdf (235.9Kb)
        Publication date
        2009
        Author
        Rijswoud, L.G.M. van
        Metadata
        Show full item record
        Summary
        De Zinnenaanvullijst Curium (ZALC) meet de ego-ontwikkeling bij kinderen, adolescenten en jong-volwassenen in de leeftijd van 8 tot 25 jaar. Er is echter nog geen onderzoek gedaan naar het gebruik van de ZALC in een populatie van mensen met een verstandelijke beperking. Ondanks dat de ZALC voor diagnostische doeleinden vaak toegepast wordt in deze specifieke populatie, is het onduidelijk of de resultaten betrouwbaar en valide zijn. In dit onderzoek werd de betrouwbaarheid, en dan met name de interne consistentie, van de ZALC onderzocht met behulp van de Cronbach's alpha. De constructvaliditeit van de ZALC, de eendimensionaliteit van het construct ego-ontwikkeling, werd onderzocht met behulp van factoranalyses. Voor de predictieve validiteit werd gebruik gemaakt van correlaties met andere variabelen (IQ, leeftijd en sekse) waarvan bekend is dat zij correleren met scores op de ZALC en de Washington University Sentence Completion Test (WUSCT; de originele Amerikaanse versie) in de normale populatie. De ZALC was intern consistent in een populatie van mensen met een verstandelijke beperking, echter de interne consistentie was kleiner dan dat in de normgroep gevonden is. Ondanks dat de ZALC dus betrouwbaar is in een populatie van mensen met een verstandelijke beperking, is deze minder betrouwbaar dan in de normgroep. De ZALC was, net als in de normgroep, eendimensionaal. Er moet echter wel opgemerkt worden, dat slechts 12% van de itemvariantie in de populatie van mensen met een verstandelijke beperking, verklaard werd door de eerste factor, in vergelijking tot 42% in de normgroep. Er wordt vanuit gegaan dat de eerste factor de ego-ontwikkeling meet. Zoals verwacht, werden er significante correlaties gevonden tussen de scores op de ZALC en IQ. Tegen de verwachting in, werden er geen correlaties gevonden tussen leeftijd en sekse enerzijds en de scores op de ZALC anderzijds. Correlaties die in de normale populatie gevonden zijn, werden niet altijd aangetroffen in de specifieke populatie. Dit duidt er op dat de validiteit van de ZALC twijfelachtig is wanneer deze gebruikt wordt bij mensen met een verstandelijke beperking. Het gebrek aan significante correlaties kan mogelijk verklaard worden door de verstandelijke beperking zelf. Bij mensen met een lichte verstandelijk beperking is het taalbegrip, maar ook het taalgebruik, vaak matig ontwikkeld. Het is mogelijk de aanwezigheid van beperkte verbale vaardigheden (begrijpen en interpreteren) de betrouwbaarheid en validiteit in deze specifieke populatie beïnvloed heeft.
        URI
        https://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/2573
        Collections
        • Theses
        Utrecht university logo